donderdag 26 augustus 2010

Ik verblijf nu reeds een vijftal dagen in het huis in Nonthaburi (Bangkok) waar Ward een kamer huurt. Ik heb de bovenste kamer, net onder het platte dak, ter beschikking gekregen en buiten het feit dat het er stevig warm is, heb ik het daar behoorlijk comfortabel.
Het weerzien met mijn oudste was hartelijk en de jongen doet er alles aan om het mij naar de zin te maken. Er verblijven hier momenteel, naast de drie Thaise broers, nog vier andere gasten die via het 'couch surfing' systeem hier terechtgekomen zijn. Het huis is,- hoe kan het anders?-aan de rommelige kant maar dat kent zo zijn gezelligheid.
De gastvrijheid van voornamelijk Toon, de middelste broer maar degene die hier alles op zijn schouders neemt, is bewonderenswaardig. Ik ben hier met lengten de oudste maar voel me goed aanvaard tussen het jongere volk. Wel blijkt het moeilijker om hier op tijd te gaan slapen en mij consequent aan de 'practice' wijden moet ik al eens noodgedwongen overslagen. Na de kloosterrust heeft dit meer bruisende leven zo zijn charmes. Bangkok is sowieso een enorm drukke stad en het verkeer is er even druk dan in Kandy of Kathmandu (Bangalore is buiten categorie) maar oh zo veel meer geordend. Somtijds voel ik mij stappen of met de bus rondrijden in Brussel.

Ward heeft me al enkele malen op sleeptouw genomen naar interessante plaatsen in de binnenstad. Met de bootbus over de rivier naar een eiland waar we met gehuurde fietsen, na een bezoek aan de vele koopstandjes met prullaria allerhande, konden rondtoeren, naar de weekendmarkt op zoek naar een nieuwe trolley, naar het immense maar zeer te smaken tempelcomplex Wat Pho en 's avonds door de bekende uitgangsbuurt... Heel boeiend allemaal.
Meermaals nemen we de al dan niet airco-gekoelde autobus en het is een belevenis op zich om op tijd op te stappen. De eerste keer vertrok het gevaarte vooraleer ik mijn laatste been binnen had.
Eten kan je op elke meter straat vinden en tenzij je de neus dichtknijpt moet je wel honger krijgen van de diverse geurige gerechten. Ondertussen heb ik de Thaise keuken leren smaken maar mijn keuze voor vegetarische gerechten vinden ze hier wat vreemd.Het merendeel van de menukaart bestaat uit vlees- of visgerechten. De eettentjes in Ward zijn buurt zijn gezellige plaatsen waar ik graag kom.
Ik weet echter nog altijd niet hoe het mij zou vergaan moest ik hier alleen mijn plan moeten trekken want ik versta weinig tot niets van het Engels dat ( lang niet alle) Thailanders (zo worden ze genoemd in de National Geographic) spreken. Ik sta meermaals met mijn mond open te luisteren naar het Thais dat Ward reeds kan spreken. Chapeau!

Ondertussen ben ik op het net beginnen zoeken naar info over de kloosters die mij werden aanbevolen. Probleem nr,1 is dat ik slechts over een vier weken toeristenvisum beschik. Om toegelaten te worden dien ik er langer te verblijven en/of moet ik eerst een brief schrijven (is reeds gepost) en wachten op weerwoord. Ward heeft echter het plan opgevat om samen naar Laos te gaan, daar een tiental dagen rond te trekken en dat te koppelen aan een nieuwe visumaanvraag voor Thailand voor twee maanden of meer. We vertrekken overmorgen indien we tegen dan klaar zijn met onze voorbereidingen. Terug in Thailand zullen onze wegen opnieuw scheiden.

Het speciale aan de hele zaak is dat Ward (zo vertelde hij mij bij mijn aankomst in Bangkok) mij wou verrassen omwille van mijn verjaardag door mij te komen opzoeken in India. Hij had zijn ticket naar Bangalore reeds geboekt! Moest die vader van hem daar toch snel een stokje voor steken door India te bekijken in drie dagen. Gelukkig heeft hij deze scheve situatie nog enigszins kunnen rechttrekken en zijn reis naar India met enige weken kunnen uitstellen.

Vervolg van de avonturen van Piet Fluwijn en Bolleke (weinigen onder jullie zullen die populaire stripfiguren uit vervlogen tijden nog kennen) op reis doorheen Azie weldra op dit scherm...

zaterdag 21 augustus 2010

Hallo mensen op het thuisfront,

Even met een dwaas hoofd ( ik ben zojuist wakker geworden vanuit een zeer diepe slaap ergens op een andere planeet ) jullie op de hoogte brengen van de juiste en meest momentele stand van zaken. Ik typ deze mail op de laptop van Ward en vanuit Nonthaburi te Bangkok. Het was heel leuk hem weer te zien en ik mag voorlopig de bovenste kamer van het huis betrekken waar hij verblijft. De drie broers die hier wonen blijken fijne kerels die op Thaise wijze een dergelijke familiereunie weten te waarderen, alsook de andere tijdelijke bewoners. Ik voel me relaxed doch zeer moe vanwege het door onverwachte omstandigheden recent gewijzigde reisschema dat mij via een fameuze omweg dwars doorheen India naar hier heeft gebracht. Voor een meer helder begrip van zaken moet ik even een paar dagen terug in de tijd van een, voor mij alleszins, bewogen periode.

Als ik mij niet vergis is het vandaag vrijdag, 20 aug., omstreeks 22u in de avond. Ik heb mij rond de zeven op het bed te rusten gelegd terwijl Ward een boodschap ging doen. Ik ben heel vroeg deze ochtend ( 6u plaatselijke tijd ) en na een slapeloze nacht geland op de internationale luchthaven van Bangkok, komende van Bangalore in Zuid-India. Ik heb tot deze koerswijziging besloten nadat er weinig goed wilde verlopen binnen mijn Indiaans avontuur.
Op donderdag 17 augustus uiterlijk diende ik Nepal te verlaten omdat dit de laatste dag van mijn visumgeldigheid in dat land was. Oorspronkelijk wilde ik dan naar Leh in Ladakh maar gezien de natuurramp aldaar veranderde mijn koers richting Zuid-India. Gelukkig had het Nepalees boekingskantoor mijn tickets nog niet uitgeschreven want ik moest eerst mijn inreisvisum van de Indische ambassade krijgen. Die deed vrij moeilijk en liet mij over een periode van meer dan een week tot driemaal terugkomen naar het centrum van miljoenenstad Kathmandu. De laatste keer had mij dat compleet doen vastlopen in de knettergekke avondspits temidden een wolkbreuk. Op dinsdag 17/8 moest ik om 8u een taxi nemen naar de luchthaven om op tijd te zijn voor mijn vlucht naar Delhi om 11.30u. Deze vlucht van Indian Airlines werd echter zonder voorafgaande reden of enige communicatie afgeschaft en de chaos op de luchthaven was compleet. Met bussen ( waarvan de laatste, degene waarop ik moest gaan zitten, na meer dan een uur wachten veel te laat kwam ) werden we naar een overdruk hotel gebracht waar ik de gratis lunch moest binnenschrokken. Terug op de luchthaven moesten we, weerom zonder enige communicatie, tot 's avonds op een vervangende vlucht wachten. Mijn aansluiting omstreeks 17u naar Bangalore was ik kwijt en na lang aandringen beloofde Indian Airlines dat er in Delhi voor mij zou gezorgd worden. Nu is Delhi airport gigantisch en de stad zelf bekend voor haar absolute chaos. Dat heb ik mogen ondervinden!
Aangekomen aldaar wist niemand tot wie ik mij moest richten en het mag een wonder heten dat ik mijn bagage ( het handvat van mijn trolley compleet misvormd en mijn slaapzak losgeraakt en even zoek ) heb kunnen bemachtigen en door de immigratie ( waar men absoluut niets verstond of wilde verstaan van mijn situatie ) ben gesukkeld. Totaal verdwaasd hebben ze mij op een transitbus gedropt richting de Indira Gandhiairport voor domnestic flights, 20 km verder. Na daar van het kastje naar de muur gestuurd te zijn, eindelijk het bureau van Indian Airlines gevonden via vele gangen en liften om daar te vernemen dat die totaal niets voor mij konden doen behalve mij een nieuw en duur ticket te verkopen. Weerom door een wirwar van gangen en zalen ( ondertussen mijn ticket van Kat-Del rennend onderweg kwijtgeraakt en dus geen bewijs meer in handen ) aangekomen bij Spicejet, de companie die mij naar Bangalore zou vliegen en, oh wonder, een luisterend oor gevonden en een gratis nieuw ticket bemachtigd voor een vlucht naar Bangalore op woe 18/8 om 6.55 in de ochtend. Het was ondertussen 22u en ik moest dus de nacht doorbrengen op de luchthaven want geen haar op mijn kale hoofd dat er aan dacht Delhistad in te trekken. Van slapen in de ongemakkelijke zitjes kwam niets, evenmin op de vlucht zelf, en gelukkig kregen we iets te eten op het vliegtuig want ik was al lang totaal nuchter.
Na ongeveer drie uren vliegen op Bangalore international airport aangekomen en met een dure taxi voor een rit van ongeveer een uur naar wat het economisch centrum van India genoemd wordt. Maar uiterlijk lijkt de stad het midden te houden tussen Colombo en Kathmandu maar alles nog eens x 100. Totaal vervallen, donker, stinkend, vuil, chaotisch, lawaaierig… Ik had enkel een adres van een boeddhistisch studiecentrum maar dat bleek helemaal niet te bestaan bij aankomst. Via een uiteenvallende autoriksha en met een onverstaanbaar Engels sprekende chauffeur op een dolle zoektocht doorheen de stad, ondertussen pure uitlaatgassen inademend, op zoek naar een doenlijk hotel. Niets doenlijk, nog niet om een hond in te laten slapen. Zelfs gedropt door een radeloze bestuurder bij het duurste ( en nog duistere ) hotel waar ik 13 000 roepies ( iets meer dan 220 euro ) voor een nacht moest neertellen. Niet dus en uiteindelijk radeloos gedropt bij Safina hotel: duur en goor. Rond 16u uitgeput op het bed gaan liggen, lege maag met krampen en opkomende koorts en diaree! What to do?
's Nachts wakker geworden en nerveus over de landkaart van India gebogen over mijn verdere reis beginnen piekeren. Besloten dat de enige optie met de trein naar Chennai ( Madras ) was om van daaruit met de bus naar enkele adressen op zoek te gaan. Nog altijd nuchter met een onverstaanbare rikshachauffeur door de ongelooflijke ochtendspits ( dit tartte mijn stoutste verbeelding ) een zoektocht naar een treinticket begonnen. Via een vaak levensgevaarlijke onderneming want regelmatig te voet overstekend van station naar station. Enige mogelijkheid, en dan nog twijfelachtig, bleek een staanplaats tussen mens en dier op een rit over 12 uur rijden. Geen denken aan met mijn darmproblemen. Uiteindelijk mij naar een zeer duister en vuil ticketoffice laten brengen en na een lange wachttijd en nog een dolle rit op zoek naar cash om te betalen, een ticket naar Bangkok besteld. Ik wist een zaak zeker: na een half jaar temidden de stank en het vuil in Aziatische steden ( waarin ik telkenmale een prachtig rustpunt kon vinden zoals Nilambe en Kopan ) werd dit mij teveel want hier zag ik geen lichtpunt meer en dus wou ik uit India weg. Even terug naar de georganiseerde samenleving.

Mijn vlucht naar Bangkok was op vandaag, vrijdag 20/8 om 00.30u en dus moest ik weer van ongeveer 12u donderdagmiddag al die tijd zien te overbruggen. Ik mocht slechts 3uur op voorhand de luchthaven binnen en ben dus al die tijd buiten blijven zitten, zonder eten of slapen. De vlucht met Thai Airways was voorbeeldig ( mijn eerste voedsel sinds vele uren ) maar slapeloos.

Het avontuur met Ward is voor een later verslag. Morgen ga ik op zoek naar mijn mogelijkheden van een kloosterverblijf in Thailand.

Zo, tot daar mijn reisverslag over drie dagen India.

Namaste,
Ivo

maandag 16 augustus 2010

Aan de vooravond van mijn vertrek uit een land richting een onzekere toekomst heb ik het steeds ietwat moeilijk. Zorgelijke gedachten steken dan andermaal wel eens de kop op. Maar ik heb bijzonder veel steun aan de onderstaande tekst en ik vind deze woorden belangrijk genoeg om ze hier voor iedereen ter overweging te vermelden.

"Als we ons eenmaal genesteld hebben in onze vaste leef-en denkpatronen, zijn we steeds minder geneigd om ze op te geven ten behoeve van riskante ondernemingen in de richting van een vrijheid van leven en denken, die vol van gevaren en onzekerheden is. Ware vrijheid legt de ongemakkelijke last op onze schouders om steeds opnieuw verantwoorde beslissingen te nemen, die geleid moeten worden door achtzaamheid, wijsheid en medemenselijkheid. Slechts weinigen zijn bereid om het volle gewicht van zo'n last te dragen. In plaats daarvan geven ze er de voorkeur aan om geleid en gebonden te worden door de regels die door anderen gegeven worden en door gewoonten die voornamelijk beheerst worden door eigenbelang en sociale conventies. Met de gewenning aan een leven van innerlijke en uiterlijke gebondenheid groeit er, wat Erich Fromm noemt, een 'angst voor de vrijheid'. Zo'n angst leidt, als we hem toestaan om voort te duren en wortel te schieten, onvermijdelijk tot een stagnatie van onze innerlijke groei en creativiteit en ook tot een stagnatie in maatschappij en cultuur. In stagnerende omstandigheden zullen vergiftigende elementen het gezondmakingsproces van de mensheid in gevaar brengen, zowel in lichamelijk en geestelijk, als in sociaal en spiritueel opzicht. Dan zullen de woorden van William Blake bewaarheid worden: 'Verwacht vergif van stilstaand water.'
Ook zij die 'ja' tegen het leven zeggen en de mensheid willen beschermen tegen de neergang ten gevolge van door haar zelf geproduceerde vergiften, zowel biologische als psychologische, zullen die 'angst voor de vrijheid' van zich af moeten schudden en de moeizame weg van de vrijheid moeten betreden. Het is een moeizame weg omdat die van ons verlangt ons los te maken van de zelf gesmede ketenen van onze lusten en haatgevoelens, van onze vooroordelen en dogma's -ketenen die we in onze dwaasheid koesteren als sieraden. Maar zodra we eenmaal zien wat ze werkelijk zijn, hindernissen voor echte vrijheid, zal op datzelfde moment de moeilijke taak om ze af te werpen een vreugdevolle ervaring worden."
Uit: "In het licht van de Dhamma" door Nyanaponika Mahathera.

Erg toepasselijk, vind je niet?

zaterdag 14 augustus 2010

Net als tijdens mijn laatste dagen in Sri Lanka, zie ik het wel zitten om mijn laatste dagen in Nepal af te sluiten met enkele bescheiden toeristische uitstapjes. Zo ben ik vandaag met Rob, een sympathieke dertiger uit Nederland, op daguitstap geweest. We hadden gisterenavond reeds een taxi besteld en gevraagd of de bestuurder de ganse dag ter beschikking wilde blijven. De man vroeg hiervoor slechts 1500 roepies wat een heel laag bedrag is voor een dergelijke prestatie.
Deze morgen, omstreeks 7u, zijn we vertrokken naar Bhaktapur. Deze middeleeuwse stad is zeker de moeite waard om te bezoeken. De site, waar we ieder 750 roepie inkom voor moesten neertellen, bestaat uit een groot plein met verschillende prachtige tempels en omliggende straatjes met middeleeuwse gebouwen waarin men winkeltjes met buitengewoon handwerk heeft in ondergebracht. Vooral het houtsnijwerk vond ik uitmuntend en ik moest me stevig inhouden geen prachtige, handgesculpteerde houten boeddhabeeld van enkele tientallen kilos aan te schaffen en op te sturen. Het zou vooral stevig boven mijn budget geweest zijn en ik moest, boeddhistischgewijs mezelf afvragen 'heb ik dit wel echt nodig?'
Nadien hebben we de stad verlaten via een (alweer) gigantische verkeersoptopping en met onze longen opnieuw goed voorzien van roet en uitlaatgassen. Ondanks de zekerheid dat we het uitzicht op de Himalayas, met de M. Everest, dit monsoonseizoen zouden moeten ontberen, wilden we graag de berg op naar Nagarkot. Op de top was het inderdaad mistig maar de rit met prachtige vergezichten en ravijnen was de moeite waard. Even moest ik terugdenken aan het Sri Lankaanse landschap en het deed deugd de stad voor een poos achter ons te laten.
Rond de middag zijn we naar Patan, aan de zuid-west kant van Kathmandu gereden.
Na de, om hygienische redenen bedenkelijke lunch hebben we rondgekuierd in het eveneens middeleeuwse gedeelte van deze stad en zijn we ook verzeild geraakt in de erg verpauperde buurten. De armoede in Nepal is schrijnend, ik vergeet niet gauw de blik van het bedelende jongetje toen onze taxi moest wachten.
Zonder noemenswaardige verkeersproblemen zijn we rond 17u terug in het guest-house afgezet. Een gedenkwaardige dag.

donderdag 12 augustus 2010

Deze laatste dagen in Nepal verblijf ik opnieuw in Boudhanath. Ik heb ditmaal een schitterende kamer gevonden in guesthouse Tharlam. Een beetje achterin gelegen vormt dit guesthouse tesamen met het gelijknamige klooster een oase van rust. Daar men geen eenpersoonskamer meer ter beschikking had heb ik een tweepersoonskamer met badkamer, salon en keuken aan dezelfde prijs gekregen. De ruimte van een volledig appartement!

Maar ik vind het wel steeds moeilijk om, eenmaal buiten klooster of meditatiecentrum, tot zitmeditatie te komen. Ik heb daar enigszins het juiste kader voor nodig. In Bazel had ik mijn appartement daarop speciaal ingericht. Maar ik heb gelukkig nog altijd de gewoonte van informele meditatie, waar ik mij ook bevind.
Mijn geest is bijna voortdurend op het spirituele pad, al is daar introspectief denkwerk bij inbegrepen. Volgens mij ben je, boeddhistisch gezien, goed bezig wanneer je je gedrag, woorden en gedachten ( 'body, speech and mind' drukt dit beter uit ) voortdurend evalueert op hun heilzaamheid voor de anderen, de natuur en jezelf. Dit impliceert geenszins een gewrongen of berekende levenshouding, integendeel, dit proces verloopt heel soepel en natuurlijk. Je wil gewoonweg niets of niemand meer schaden en tracht hulpvaardig te zijn waar dat kan.
Onze hoofdleraar in Kopan, Venerable Namgyel, formuleerde het als volgt: " At least dont harm, try to be benefitial..."

In dit kader vind ik het gepast te vermelden dat de Aziatische landen ( tot hiertoe bezocht ik enkel Sri Lanka en Nepal waar ik dus uit ervaring over kan spreken ) bekend staan als veilig tot zeer veilig op het gebied van aanrandingen en berovingen. Je voelt je, met uitzondering van de dramatische verkeerssituatie en het ecologisch vaak onverantwoord gedrag, hier zelden tot nooit bedreigd. Ik wijt dit aan de spirituele ingesteldheid van de bevolking.

woensdag 11 augustus 2010

Stel je voor: een topfile op een avond in Belgie. Het verkeer zit muurvast in het centrum van de stad. Voeg hier nu aan toe: een zwaar onweder met een hevige wolkbreuk waardoor de straten veranderen in kolkende stromen, enkele honderduizenden motoren, met daarop naast de berijder, vrouw en kind(-eren) zonder helm of regenkleding, die tussen de in mekaar inschuivende en voortdurend hevig claxonerende auto's op een quasie onmogelijke wijze en met ware doodsverachting laveren, dit alles zonder enig rood licht maar wel met wanhopig fluitende politieagenten op de kruispunten en in veel te smalle en totaal verbrokkelde straten met gevaarlijk diepe putten die door het water onzichtbaar geworden zijn. Je hebt, nadat je zelfs te voet helemaal vastgelopen bent, doorweekt en via een enorme plas eindelijk een vrije taxi bemachtigd maar de chauffeur is hypernerveus en de verluchting werkt niet zodat de ruiten helemaal aandampen. Je opent daarop je raampje maar daardoor regent het ferm binnen. Je klemt je kletsnatte rugzak en paraplu tussen je knieen, het is stikdonker in de onverlichte straten, het is al laat, je hebt honger en het risiko bestaat dat er geen restaurant meer open is wanneer je je bestemming bereikt hebt.
Dit was de situatie in Kathmandu gisterenavond nadat ik voor de derde keer naar de Indische ambassade moest komen voor mijn inreisvisum. Je reinste chaos en een waanzinnig ongezonde rit. We ademden pure uitlaatgassen in.
Maar het liep nog goed af...

Rond 20.00u zat ik aan een tafeltje in het gezellige en overdekte 'Garden Kitchen', terug in Boudhanath. Ik bestelde een heerlijke champignonroomsoep en een potje jasmijnthee terwijl ik heel gelukkig mijn paspoort met de daarin gekleefde sticker van de Indische ambassade in mijn handen hield alsof het een boekje met 18 karaats gouden blaadjes betrof.
Ik mag drie maanden in dat schijnbaar aards paradijs dat India genoemd wordt, verblijven!
Afin, mijn planning is de laatste dagen wat overhoop gehaald door de natuurramp in Ladakh. Ik hoopte mij tijdelijk in Leh ( hoofdstad van Ladakh in het Noorden van India ) te kunnen vestigen maar onverwachte en hevige regenval aldaar heeft overstromingen en grondverschuivingen veroorzaakt waardoor er momenteel al 165 dodelijke slachtoffers geborgen zijn en er nog naar meer dan 400 vermisten gezocht wordt. Het schijnt dat de enige en splinternieuwe suppermarkt in Leh dienst doet als voorlopig funerarium. Ik kan daar momenteel enkel in de weg gaan lopen van de hulpverleners en alle westerse toeristen worden trouwens geevacueerd.
Dus voert mijn pad mij naar het zuiden van India. Ik heb deze middag mijn tickets gekocht richting Bangalore in de staat Karnataka. Van daaruit kan ik redelijk makkelijk mijn adressen bezoeken in Kerala en Tamil Nadu. Ik hoop enkel dat het er niet te warm meer is. De monsoon zou daar al gepasseerd moeten zijn en voor afkoeling gezorgd hebben. Naar goede boeddhistische gewoonte zullen we het wel bekijken ter plaatse en de zaken nemen zoals ze zich aandienen. Ik vertrek uitgerekend op de laatste dag dat ik in Nepal mag verblijven, nml. op 17 augustus. Namaste vrienden.

maandag 2 augustus 2010

Als mens kunnen we niet vermijden dat er in ons gedachten en gevoelens opkomen die negatief zijn maar we kunnen wel beletten ons ermee te identificeren. Als we de noodzaak inzien onze geest te transformeren en op heilzame dingen te richten, kunnen we onze verblinding, begeerte en haat leren beheersen.
Deze basisgedachte formuleert alles waar het mij deze reis om te doen is en tot hiertoe, zo'n 5 maanden onderweg ondertussen, weet ik enkel dat dit transformeren bijzonder traag verloopt. Niet enkel zijn deze drie onheilzame wortels erg diep in ons verankerd, je komt de objecten die ze stimuleren ook voortdurend en overal tegen. Ik probeer me de laatste tijd meer afzijdig te houden en zo weinig mogelijk contact te zoeken of te praten. Maar ik ben nog altijd vlug afgeleid en gericht op visueel zintuiglijk genot. Ik begin te begrijpen waarom monniken in het verleden de afzondering van een grot opzochten. In deze tijd niet meer mogelijk denk ik. In Sri Lanka leefde een Spaanse monnik nog in zo'n grot niet ver van het meditatiecentrum verwijderd. Maar dagelijks kwamen er nieuwsgierige wandelaars hem storen. Alhoewel de dharma bijna overal ter beschikking komt ( een pas aangekomen vrouw uit Rusland vertelde mij dat het boeddhisme in Moskow stevig in de lift zit ), wordt er naar leven er niet makkelijker op. Volgens het Tibetaans boeddhisme vertoeft de mensheid momenteel in een fundamenteel materialisme en was de collectieve begeerte naar werelds ( samsarisch ) genot nooit groter. Maar we willen dit geenszins pesimistisch tegemoettreden.

Ik heb dan ook mijn boeddhistische lekengeloften, men noemt dat hier 'taking refuge', hernieuwd en zo mijn status als upasika herbevestigd. Ik had dit vorige zomer al gedaan in Plum Village ( waar men dat 'taking the five mindfulness trainings' noemt ) maar hier legt men de nadruk iets anders. De vijf basisregels van de boeddhistische ethische code ( de sila of shila ) zijn niet doden, niets tot je nemen dat je niet gegeven is, geen seksueel wangedrag, niet liegen of schaden met woorden en geen bedwelmende middelen tot je nemen. Onder dit laatste verstaat men tevens alcohol en tabak. Hier in Kopan kan je de geloften afleggen maar voorlopig een of meerdere van deze vijf kiezen terwijl je in Plum Village alle vijf neemt maar ze dan als 'trainings' ziet, wat betekent dat je nog kan 'zondigen'. Ik heb dat het afgelopen jaar dan ook enigszins gedaan want ben blijven drinken en roken. Bij aanvang van deze reis ben ik ook met dit gestopt maar ik heb deze belofte nog open gelaten. Ik ben vastbesloten maar 'het vlees kan zwak zijn'.
Net zoals vorig jaar was het ook hier een mooie en ingetogen ceremonie en ook hier heb ik een nieuwe naam gekregen, ditmaal een Tibetaanse: Lhundrup Gelek. Dit betekent letterlijk: perfect virtues without effort. Ik laat de interpretatie hiervan voorlopig over aan de lezer...