"Mens worden is een werk van verschrikkelijk lange adem, schrijft de Saint-Exupery...En dat mens worden ligt niet in het vinden van antwoorden, niet in het bereiken van wat dan ook. Neen, het ligt in het zoeken, in het geduldig wachten, in het standhouden, ook daar waar je niets hoort. Het ligt in het werken. En weer opnieuw in het werken. En in de discipline. Eindeloos."*
Wat hier bedoeld wordt met 'werken' is het werken aan jezelf. Het feit dat je de diepste waarheid van het bestaan niet buiten jezelf moet zoeken want dat je dan ook jezelf daarvan buitensluit. In deze zoektocht naar het diepste, intieme (maar niet seksuele) en woordeloze contact met de of het andere, in een wanhopige poging de existentiele eenzaamheid van het 'afgescheiden-zijn' te overwinnen en toch enigszins een zekere houvast te vinden, willen we pasklare antwoorden, werkzame modellen of voorbeelden. Maar niets of niemand kan je vragen beantwoorden. Integendeel, de vraag stellen is ze reeds beantwoorden. Volgens de Saint-Exupery, die zich nochtans niet bekende tot een duidelijke religieuze strekking, is de grootste genade van het gebed juist dat je geen antwoord krijgt.
Zo ook voor het oorspronkelijke, Chinese Ch'anboeddhisme. We mediteren niet met de bedoeling iets te bereiken. Er valt gewoonweg niets te bereiken, te vinden of vast te pakken. Het 'oorspronkelijke gelaat' der dingen, -ook alweer zo'n goed bedoelde conceptuele maar versteende uitdrukking zoals het 'nirwana'-, valt nergens te bespeuren in de ons vertrouwde dimensies. En de bekende uitdrukking uit de Hartsuttra: 'vorm is leegte, leegte is vorm', zal ons weinig helpen in de vertwijfeling over het mysterie van het bestaan. Er rest ons bijgevolg niets anders dan gewoon verder te gaan met ons leven, te ademen en te werken. Weliswaar blijgemoed en vol vertrouwen want de schoonheid die ons omringt, indien we er onze aandacht kunnen op zetten, getuigt van het feest waarvan wij deelgenoot mogen zijn. Ik ben geen pessimist, daarvoor vind ik het leven ondanks alles te waardevol. Dat de mensheid niet perfect is -ik hoef daarvoor enkel maar naar mijn persoonlijk handelen te kijken- mag er ons niet van weerhouden ook de puurheid in de ogen van een kind te kunnen zien.
Op 23 juli, vandaag binnen 10 dagen dus, vertrek ik opnieuw naar Vietnam. Niet meteen een makkelijke beslissing. Zal het nooit zeker weten of ik hier, in mijn zogenaamd thuisland, alles afgerond heb wat ik diende te doen of te verwezenlijken. Er blijven onopgeloste zaken, vragen, verwachtingen en niet ingevulde dankbetuigingen ten over. Wat kan ik doen?
Om het met de woorden van de hedendaagse zenmeester en filosoof Shin'ichi Hisamatsu te zeggen in zijn eenmalige levens-koan: "Precies hier en nu, als niets werkt, wat ga je dan doen?"*
Ik ga terug op reis naar een onzekere toekomst. Na meer dan drie jaren omzwervingen in Centraal- en Zuid-Oost Azie weet ik precies minder dan tevoren. Goed zo, misschien is dat het begin van de wijsheid.
Hoe dan ook, ik keer terug naar mijn uitgangspunt: vastbetreden paden leiden enkel terug naar het verleden. Naar waar je vandaan komt. Over dat verleden kan je met dankbaarheid of terughoudendheid terugblikken maar veranderen kan je het niet meer. Spijt zal mijn rugzak louter zwaarder maken. Niet dat ik die spijt niet ervaar of waardeloos vind, ik kan enkel werken. Niet louter van land verwisselen maar reizen door mijn bestaan. Me trachten los te maken van wat niemand vooruit helpt. Leven als de vlinder die zich constant te pletter vliegt op de wanden van de koperen klok en uiteindelijk zijn lot aanvaardt wanneer hij zich, overmand, laat vallen in de grenzeloze vrijheid van het bestaan.
Maha Karuna: het grootst mogelijke mededogen voor al wat bestaat. Als wezenlijk onderdeel van het bestaan ben ik dat verplicht aan mezelf. Echter wel met het besef dat ik mag leven bij de gratie van wie mij liefheeft. Ik hou met heel mijn hart van alles en iedereen, zonder ooit de mogelijkheid van dat gevoel te kunnen vasthouden of bestendigen. Ik moet weer op weg, opnieuw gaan reizen en alles loslaten. Waar ik echter ga of sta, ik zal iedereen vasthouden in mijn hart. De enige plek die er voor mij toe doet. Ben niet geboren om vast te roesten.
* Citaten uit 'Meer dan een mens kan doen. Zentoespraken' door Ton Lathouwers. Uitgeverij Asoka, Rotterdam 2000.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten