"De priesters van commercie". Mijn woorden van gisteren zijn nog warm en er ontvouwt zich alweer een geanimeerde en drukbezochte avondmarkt in de straten rond mijn hotel in Ubon. Geen klein rommelmarktje, eerder een gebeuren dat zich kan meten met een kerstmarkt bij ons en in lengte te vergelijken valt met de Meir in Antwerpen. Niet de eerste maal dat ik dit een vol weekend, want tot en met zondagavond, mag aanschouwen. 'Aanschouwen' is het juiste woord, er wordt in een constante stroom vlotjes voorbij geflaneerd. 'M'as tu vu?'
Opvallend daarbij is dat je haast niemand ziet stilstaan, laat staan iets van de rijkelijk uitgestalde waren ziet kopen. Daar mijn hotel gesitueerd is ongeveer aan het eind van de straat, en dus ook aan het eindpunt van de markt, zie ik de nimmer aflatende stroom hier de bocht nemen en dat bied me de gelegenheid de mooiste vrouwen langs beide zijdes te kunnen bewonderen. Misschien niet zo boeddhistisch maar ik ben (nog) geen monnik en dus tot nader orde nog altijd een man van de wereld. "Kijken mag, aankomen niet" maande ik destijds mijn kinderen aan wanneer we langs een speelgoedstandje passeerden. Een cliche van hier tot in Tokyo.
Gisterenavond mocht ik het Chinees-Vietnamees oudjaaravond-gevoel celebreren via een lang en boeiend gesprek met Natascha. De lieve Duitse jongedame, verblijvend in hetzelfde hotel, was er zich allerminst bewust van dat meer dan een miljard mensen (plusminus 1 op 5 aardbewoners) op hetzelfde ogenblik de laatste avond van 2013 aan het vieren waren. Ze had wel opgemerkt dat nogal wat Thai goudkleurige, papieren prullaria op straat verbrandden. Blijkbaar heeft menig inwoner van dit koninkrijk Chinese voorouders. Het op straat verbranden van deze dingen zou voorspoed afdwingen en de mindere acties van het voorbije jaar kunnen zuiveren. Ik ken dit gebruik vanuit mijn Vietnamese periode en kreeg mijn eerder geschreven artikel over rituelen opnieuw in gedachte.
Wat volgde was een lang en intens gesprek. Natascha-met-de-innemende glimlach ontpopte zich als een bijzonder goed luisteraar, en de eerlijkheid verplicht me toe te geven dat dit gesprek meer weg had van een monoloog. Op mijn herhaalde vraag of ik haar niet verveelde met mijn vele verhalen en verduidelijkingen antwoordde de jonge vrouw steevast dat ze deze boeiend en verrijkend vond.
Tijdens mijn veertiendaags verblijf in het 'Belgische' Home Stay (Udonthani) is er voor mijn normale doening veel gepraat geworden, en wat mij betreft, vooral geluisterd. Tony en Christine hebben reeds een rijk gevuld en avontuurlijk leven
achter de rug. Ik vond dat vaak verhelderend en deze gesprekken hebben me zonder meer nieuwe inzichten opgeleverd. Terug in Ubon wisselde ik de laatste dagen amper vijf woorden met de receptioniste. Na een periode van droogte kan een waterval eens stevig beginnen kletteren. Les excuses sont faites pour s'en servire.
Ik vond het verbazend-amusant dat de jonge Duitse dacht dat ik een monnik was. Een monnik die rookt en drinkt? Dagen voordien had ze zich wel eens vragen gesteld bij confrontaties met echte Thaise monniken die zulks 'in oranje uniform gekleed' ook deden. Met alle respect voor Natascha, maar waarom ergeren westerlingen zich zo makkelijk aan deze excessen zonder zich daarbij rekenschap te geven van de vele misbruiken binnen de Katholieke gemeenschap? Mensen zijn mensen. Daar een oranje gekleurd gewaad omhangen verandert niets. Jezus Christus' wijze woorden tezamen met het badwater wegsmijten omdat er priesters (zelfs ongestraft) rondlopen die kinderen hebben misbruikt, getuigt niet van een doorleefd begrip. Uiteraard verlangen mensen, geconfronteerd met hun eigen menselijke tekorten, het goede voorbeeld van leraars. Aan Tony, een overtuigd atheist, heb ik moeten verduidelijken dat er Christelijke mystici hebben bestaan die het woord 'God' niet meer wilden gebruiken. In de diepte van hun inzichten kwamen ze terecht bij wat de Boeddha sunyatta of de leegte noemde. Daar voegde Sakyamuni aan toe dat je niemand hoeft te geloven. Probeer gewoonweg zelf zijn meditatietechnieken uit en zie wat dit je aan inzichten oplevert. De ware betekenis van zijn woorden: "Make an island unto yourself." Met andere woorden: wees je eigen leraar. Een logische gevolgtrekking hieruit is dat we ons niet hoeven blind te staren op de tekorten van anderen (wat niet in strijd is met de plicht onrecht aan te klagen indien deze tekorten zo vergaand zijn dat ze levensbedreigend worden voor de zwakkeren). Je storen aan een rokende monnik is natuurlijk iets anders dan het geweldloos verzet tegen gruwelijk onrecht zoals Mahatma Gandhi dit zijn volk voorleefde. Absolute geweldloosheid in woord en daad vinden we terug in het begrip Ahimsa, een levenswijze die yogi's uit het religieuze Aryan systeem ten tijde van Gautama voorstonden. Gandhi was een groot pleitbezorger voor deze levenshouding en ging zover in zijn afkeuring van geweld tegen de Engelse overheersers dat hij daarvoor in hongerstaking ging. Indien nodig wilde hij daarmee doorgaan tot de dood. Dit opende de ogen van zijn volgelingen en bijgevolg legden ze de wapens neer. Een waarlijk groot man, een 'mensch'.
Gaandeweg, binnen het natuurlijk verloop van het gesprek met Natascha, kwam het accent duidelijker te liggen op vergevingsgezindheid. Er loopt ontegensprekelijk een rode draad doorheen mijn avonturen. Tony wees me op zijn overtuiging dat er nooit amnestie kan en mag bestaan voor misdaden tegen de mens(elijk)heid. Daar had hij een punt. Maar toch... Aangezien letterlijk niets permanent is, word mijn conclusie, logischerwijze, dat we niet anders kunnen dan alles te vergeven. Uiteindelijk zal alles vervagen en verdwijnen. De expansie van het Universum staat nooit stil, er moet energie nodig geweest zijn om de Big Bang te veroorzaken. Altijd weer dezelfde energie die de Big Bang daarvoor deed ontstaan, en daarvoor, en daarvoor...Zo vervaagt en verdwijnt uiteindelijk alles. En wie herinnert zich nog zijn overgrootouders? Vietnamese jongeren tussen hun 20 en 30 begrijpen nog weinig van de oorlog. Mogelijk is dat juist goed want zo kunnen ze starten met een nieuwe lei. Het 'in stand houden' van de gruwelen uit het verleden blijkt niemand iets substantieels bij te brengen. "De geschiedenis der mensheid leert ons enkel dat we uit deze geschiedenis niets geleerd hebben."
Door een wonde open te houden zal ze nimmer genezen.
Ik vertelde Natascha over de Amerikaanse massamoordenaar die, in confrontatie met de moeder van een van zijn slachtoffers die hem als enige wel wilde vergeven, slechts dan menselijke emotie kon vertonen en diep berouw begon te voelen. Over de helende kracht van vergevingsgezindheid vinden we een prachtige en pakkende scene in de film 'Heaven and Earth' van Oliver Stone.
Mogelijk heb ik Natascha iets verhelderend bijgebracht, alleszins werkte dit in beide richtingen. De grenzen tussen leerling en leraar zijn flinterdun of onbestaand. The joy of teaching is learning.
Ik denk dat we het Chinees nieuwjaar waardig hebben gecelebreerd.
vrijdag 31 januari 2014
woensdag 29 januari 2014
Na overnachting in een afgelegen maar mooi hotel in Mukdahan ben ik vandaag terug gereisd naar Ubon Ratchatani. Met enig geluk want zonder reservatie via 'Booking.com' of 'Agoda.com', heb ik nog een vrije kamer in mijn vertrouwd hotel gevonden. Soms kan het nuttig of noodzakelijk zijn een beroep te doen op de diensten van deze site's (waar ik niet bepaald een hoge pet van op heb), maar ik verkies te reizen zonder toeristische aspiraties. 'Tripadvisor', de 'Lonely Planet'... ik voel weinig voor deze organisaties die garen spinnen van de huidige reiswoede en westerse toeristen danig verwennen en besmetten. Het maakt de rijken hier rijker en de armen meer jaloers. Terwijl de dollars blijven kleven aan de verkeerde handen wordt daar niemand eigenlijk beter van of door. Besef echter ook dat ik dit in mijn eentje nooit kan veranderen en op de -een-of-andere-wijze mee in stand houd. Letterlijk alles is aan mekaar ver- en gebonden.
De autobus werd vandaag tijdens het verloop van de reis tegengehouden voor een politiecontrole. Als enige westerse reiziger, en tevens als enige van de aanwezige passagiers, werd ik onderworpen aan een paspoortcontrole. Ik ga hier niet uit de biecht 'klappen' of ongehoorde informatie doorgeven indien ik duidelijk maak dat er momenteel in Thailand serieuze politieke strubbelingen zijn. Dit is via de media wereldwijd genoegzaam bekend. Maar dat uitgerekend een westerse passagier de stempel 'verdacht' krijgt op gekleefd, vond ik vreemd. Het vriendelijk bedoeld militair 'saluut' van de officier kon mijn verbazing niet wegnemen. Ik mag hopen dat de Thai hun problemen gezond, en dus via overleg, kunnen oplossen en dat dit niet hoeft te resulteren in een broedermoord. Ik ben hier toch in een boeddhistisch land, of niet?
En wat te denken over het stilzwijgen van voormalig Nobelprijs-winnares voor de vrede en boeddhiste, Aung San Suu Kyi, over recent bloedvergieten in Myanmar (Birma)? Ik wil me nooit uitspreken over de lokale politiek van de landen waar ik te gast ben maar heb wel de Boeddha's woorden in gedachte: "Je hebt de plicht onrecht aan te klagen." Gautama Sakyamuni voegde daar tevens aan toe dat men nimmer vuur met vuur blust. Er is liefde en begrip nodig om conflicten te neutraliseren en geen lijden over de grenzen van generaties in stand te houden.
Mijn verlengd verblijf in het Belgische guesthouse in Udonthani was zonder meer verrijkend en warm-menselijk. Het heeft echter een flinke hap uit mijn voorzien budget genomen. Eigen schuld, dikke bult. Ik veroorloof me niet graag teveel persoonlijke verwenning. Zo kan het moeilijker worden mijn financiele steun aan de studiekosten van mijn jongste zoon en Phuoc te blijven garanderen. Bijgevolg dien ik in de nabije toekomst mijn meeruitgaven van de laatste weken uit te zweten. 'Budgeteren' heet dit en dat is nooit iets geweest waar ik sterk in ben.
Het is me niet meteen duidelijk waarom een bezoek aan Thai Plum Village weerom niet mogelijk bleek. Dus terug naar Wat Pah Nanachat. Heb ik een speciale binding met dit klooster? Feit blijft dat de westerse monniken van Wat Pah Nanachat veel nadruk leggen op discipline.
Laat deze gepassioneerde artiest en overtuigde boeddhist nu net aan die discipline een tekort hebben...Maar het is goed meegenomen dat ik tijdens kloosterverblijven afgesneden word van de mondaine verleidelijkheden. Heilzaam voor lichaam, geest en portemonnee.
Ik wil echter nog enkele dagen wachten alvorens Wat Pah Nanachat terug binnen te treden. Indien ik Phuoc een bijdrage wil overmaken kan dit ten vroegste volgende maandag. Hopelijk is het levensbewijs tijdig aangekomen op de Belgische dienst voor pensioenen en worden de maandelijkse stortingen dus niet onderbroken. Eenmaal in het klooster heeft men het niet graag dat residerende lekenboeddhisten binnen en buiten lopen. Het is daar geen guesthouse en nog minder een duivenkot.
Deze dagen wordt het Chinees Nieuwjaar gevierd. Dat brengt in China alleen al onooglijke mensenmassa's op de been. In Vietnam wordt dit gevierd onder de naam 'Tet'. Ik herinner mij het Tet-offensief vanuit de oorlogsjaren maar dat is een ander verhaal waar ik niet over wil uitweiden.
In China en Vietnam (ook in Korea) wordt dit nieuwjaar volgens de maankalender gevierd en duurt het festival meerdere dagen. Phuoc schrijft me reeds weken mails met de ietwat grappige formulering "The Tet is coming!" Ik verbeeld me dan een rondborstige suikertante die aangewaggeld komt. Weliswaar met respect bedoeld is dit in zekere zin niet helemaal onjuist. In Vietnam geven de mensen mekaar tijdens deze periode goud-rood gekleurde envelopjes met 'lucky money'. Geen grote bedragen, al kan dit verschillen volgens het vermogen van de schenker. Toen ik vorig jaar omstreeks deze tijd in Hue was kreeg ik ook een dergelijk envelopje aangeboden. Ik voelde me daar wat ongemakkelijk bij maar weigeren zou onbeleefd geweest zijn. Wel een van de vele attenties die me duidelijk maakten hoezeer ik in hun gemeenschap opgenomen en aanvaard word. In Thailand en Laos blijkt dit volgens Belgen die hier wonen eerder ongewoon. Hier ben en blijf je een Farang (spreek Falang).
De Boeddha was als groot psycholoog en leraar ook een hervormer. Door monniken van verschillende kasten uit de toenmalige Vedische cultuur in zijn gemeenschap op te nemen en gelijkwaardig te beschouwen, maakte hij een serieus 'statement'. Hij ging zelfs zover sudras en chandalas (untouchables, leden van de laagste kasten) als monnik in te wijden zodat latere kandidaten uit hogere kasten (brahmins, ksatriyas en vaisyas) aan deze eersten respect verschuldigd waren want later toegetreden.
"No birth makes an outcaste. No birth makes one noble. It is conduct that makes one outcaste. It is conduct that makes one noble."
Tezamen met zijn verwerping van dierenoffers, wees de Boeddha ook op de zinloosheid van rituelen die weinig anders dienen dan het in stand houden van de priesterlijke macht. Het 'gewone' volk werd onwetend gehouden van de geheime leer. De Dharma of Universele Natuurwet daarentegen kan niet anders dan toegankelijk te zijn voor eenieder die er 'heart and mind' voor open houdt.
Rituelen behoren tot de geplogenheden van dogmatische religies en vaak bedenkelijke, sjamanistische gebruiken. Mensen blijken 'van nature' een neiging te vertonen tot het aanbidden van goden (cfr. The Lord Of The Flies ) en bijgevolg een te grote betekenis te geven, of waarde te hechten, aan rituelen. Vaak aanbidden we onze eigen imaginaire creaties, ontstaan vanuit onze onwetendheid over de Universele Natuurwet of onze onkunde om daarmee om te gaan. Opletten dus met rituelen...
We hebben ook de menselijke neiging de grote jaarlijkse vieringen te overwaarderen. Kerstmis, Nieuwjaar...welk dier staat daar bij stil, welke rivier stopt dan met stromen? Sonkran (het Nieuwjaar volgens de Theravada kalender en uitbundig gevierd in Thailand en Laos ergens in April) of het Chinees Newyear, Tet... welke vogel stopt dan met fluiten, welke oceaangolf bevriest dan zichzelf?
Dit zijn slechts menselijke creaties. Hun echte betekenis ligt besloten in de dankbaarheid voor familiewaarden, nestwarmte. En dat is goed. Zolang we daar niet louter op dat moment bij stilstaan of bewegen. Die dankbaarheid kunnen we best het jaar rond betuigen. Of levenslang. Of leven na leven...
Voor het overige zijn het niet meer dan rituelen of, erger soms, een vorm van massahysterie. Mogelijk worden we ook hier onwetend gehouden door de priesters van commercie.
The Tet is coming and going as usual. She is nice but will not change our life if we dont know how to embrace her with true gratitude.
De autobus werd vandaag tijdens het verloop van de reis tegengehouden voor een politiecontrole. Als enige westerse reiziger, en tevens als enige van de aanwezige passagiers, werd ik onderworpen aan een paspoortcontrole. Ik ga hier niet uit de biecht 'klappen' of ongehoorde informatie doorgeven indien ik duidelijk maak dat er momenteel in Thailand serieuze politieke strubbelingen zijn. Dit is via de media wereldwijd genoegzaam bekend. Maar dat uitgerekend een westerse passagier de stempel 'verdacht' krijgt op gekleefd, vond ik vreemd. Het vriendelijk bedoeld militair 'saluut' van de officier kon mijn verbazing niet wegnemen. Ik mag hopen dat de Thai hun problemen gezond, en dus via overleg, kunnen oplossen en dat dit niet hoeft te resulteren in een broedermoord. Ik ben hier toch in een boeddhistisch land, of niet?
En wat te denken over het stilzwijgen van voormalig Nobelprijs-winnares voor de vrede en boeddhiste, Aung San Suu Kyi, over recent bloedvergieten in Myanmar (Birma)? Ik wil me nooit uitspreken over de lokale politiek van de landen waar ik te gast ben maar heb wel de Boeddha's woorden in gedachte: "Je hebt de plicht onrecht aan te klagen." Gautama Sakyamuni voegde daar tevens aan toe dat men nimmer vuur met vuur blust. Er is liefde en begrip nodig om conflicten te neutraliseren en geen lijden over de grenzen van generaties in stand te houden.
Mijn verlengd verblijf in het Belgische guesthouse in Udonthani was zonder meer verrijkend en warm-menselijk. Het heeft echter een flinke hap uit mijn voorzien budget genomen. Eigen schuld, dikke bult. Ik veroorloof me niet graag teveel persoonlijke verwenning. Zo kan het moeilijker worden mijn financiele steun aan de studiekosten van mijn jongste zoon en Phuoc te blijven garanderen. Bijgevolg dien ik in de nabije toekomst mijn meeruitgaven van de laatste weken uit te zweten. 'Budgeteren' heet dit en dat is nooit iets geweest waar ik sterk in ben.
Het is me niet meteen duidelijk waarom een bezoek aan Thai Plum Village weerom niet mogelijk bleek. Dus terug naar Wat Pah Nanachat. Heb ik een speciale binding met dit klooster? Feit blijft dat de westerse monniken van Wat Pah Nanachat veel nadruk leggen op discipline.
Laat deze gepassioneerde artiest en overtuigde boeddhist nu net aan die discipline een tekort hebben...Maar het is goed meegenomen dat ik tijdens kloosterverblijven afgesneden word van de mondaine verleidelijkheden. Heilzaam voor lichaam, geest en portemonnee.
Ik wil echter nog enkele dagen wachten alvorens Wat Pah Nanachat terug binnen te treden. Indien ik Phuoc een bijdrage wil overmaken kan dit ten vroegste volgende maandag. Hopelijk is het levensbewijs tijdig aangekomen op de Belgische dienst voor pensioenen en worden de maandelijkse stortingen dus niet onderbroken. Eenmaal in het klooster heeft men het niet graag dat residerende lekenboeddhisten binnen en buiten lopen. Het is daar geen guesthouse en nog minder een duivenkot.
Deze dagen wordt het Chinees Nieuwjaar gevierd. Dat brengt in China alleen al onooglijke mensenmassa's op de been. In Vietnam wordt dit gevierd onder de naam 'Tet'. Ik herinner mij het Tet-offensief vanuit de oorlogsjaren maar dat is een ander verhaal waar ik niet over wil uitweiden.
In China en Vietnam (ook in Korea) wordt dit nieuwjaar volgens de maankalender gevierd en duurt het festival meerdere dagen. Phuoc schrijft me reeds weken mails met de ietwat grappige formulering "The Tet is coming!" Ik verbeeld me dan een rondborstige suikertante die aangewaggeld komt. Weliswaar met respect bedoeld is dit in zekere zin niet helemaal onjuist. In Vietnam geven de mensen mekaar tijdens deze periode goud-rood gekleurde envelopjes met 'lucky money'. Geen grote bedragen, al kan dit verschillen volgens het vermogen van de schenker. Toen ik vorig jaar omstreeks deze tijd in Hue was kreeg ik ook een dergelijk envelopje aangeboden. Ik voelde me daar wat ongemakkelijk bij maar weigeren zou onbeleefd geweest zijn. Wel een van de vele attenties die me duidelijk maakten hoezeer ik in hun gemeenschap opgenomen en aanvaard word. In Thailand en Laos blijkt dit volgens Belgen die hier wonen eerder ongewoon. Hier ben en blijf je een Farang (spreek Falang).
De Boeddha was als groot psycholoog en leraar ook een hervormer. Door monniken van verschillende kasten uit de toenmalige Vedische cultuur in zijn gemeenschap op te nemen en gelijkwaardig te beschouwen, maakte hij een serieus 'statement'. Hij ging zelfs zover sudras en chandalas (untouchables, leden van de laagste kasten) als monnik in te wijden zodat latere kandidaten uit hogere kasten (brahmins, ksatriyas en vaisyas) aan deze eersten respect verschuldigd waren want later toegetreden.
"No birth makes an outcaste. No birth makes one noble. It is conduct that makes one outcaste. It is conduct that makes one noble."
Tezamen met zijn verwerping van dierenoffers, wees de Boeddha ook op de zinloosheid van rituelen die weinig anders dienen dan het in stand houden van de priesterlijke macht. Het 'gewone' volk werd onwetend gehouden van de geheime leer. De Dharma of Universele Natuurwet daarentegen kan niet anders dan toegankelijk te zijn voor eenieder die er 'heart and mind' voor open houdt.
Rituelen behoren tot de geplogenheden van dogmatische religies en vaak bedenkelijke, sjamanistische gebruiken. Mensen blijken 'van nature' een neiging te vertonen tot het aanbidden van goden (cfr. The Lord Of The Flies ) en bijgevolg een te grote betekenis te geven, of waarde te hechten, aan rituelen. Vaak aanbidden we onze eigen imaginaire creaties, ontstaan vanuit onze onwetendheid over de Universele Natuurwet of onze onkunde om daarmee om te gaan. Opletten dus met rituelen...
We hebben ook de menselijke neiging de grote jaarlijkse vieringen te overwaarderen. Kerstmis, Nieuwjaar...welk dier staat daar bij stil, welke rivier stopt dan met stromen? Sonkran (het Nieuwjaar volgens de Theravada kalender en uitbundig gevierd in Thailand en Laos ergens in April) of het Chinees Newyear, Tet... welke vogel stopt dan met fluiten, welke oceaangolf bevriest dan zichzelf?
Dit zijn slechts menselijke creaties. Hun echte betekenis ligt besloten in de dankbaarheid voor familiewaarden, nestwarmte. En dat is goed. Zolang we daar niet louter op dat moment bij stilstaan of bewegen. Die dankbaarheid kunnen we best het jaar rond betuigen. Of levenslang. Of leven na leven...
Voor het overige zijn het niet meer dan rituelen of, erger soms, een vorm van massahysterie. Mogelijk worden we ook hier onwetend gehouden door de priesters van commercie.
The Tet is coming and going as usual. She is nice but will not change our life if we dont know how to embrace her with true gratitude.
zondag 26 januari 2014
Twee (belangrijke) nota's.
Het laatste artikel, gedateerd op vandaag maar eigenlijk voorbije nacht geschreven, heb ik vandaag herwerkt. De gedrevenheid om te schrijven dient zich vaak spontaan aan maar niet steeds op het meest gelukkige moment. Daarbij schrijf ik makkelijk vanuit een gedachtestroom (stream of consciousness) die ik wil vasthouden (attachment!), leg of maak verbanden die niet meteen duidelijk kunnen zijn voor de lezer, en let dan ook minder op zinsconstructies en schrijffouten. Als ik de chronologie van de beschreven gebeurtenissen wil respecteren, durf ik regelmatig onmiddellijk te publiceren (al zou 'in concepten' zetten een betere optie zijn).
Vandaag heb ik nogal wat verbeteringen, verduidelijkingen en toevoegingen aangebracht en bijgevolg durf ik de lezer vragen het artikel te hernemen.
De tweede nota vind ik eigenlijk nog belangrijker.
In nasleep van onze warme en boeiende gesprekken vroeg de vriendelijke Jean Hippolyte mijn blogadres. Begrijpelijkerwijze wilde hij deze blog in het Frans omzetten. Daarbij werd echter duidelijk hoe gebrekkig deze vertalingen zijn. Erger nog, reeds van bij de eerste zinnen bleek de vertaling ronduit verkeerd. Hierdoor wordt de betekenis van mijn woorden verdraaid. Ik geef een voorbeeld.
...Dit heb ik me nog geen moment beklaagd...
wordt vertaald als
...Cette fois je n'ai aucune plainte...
Dit kan de indruk wekken dat ik bij een vroeger verblijf in STC Home Stay wel klachten heb gehad. Ik ben in dit guesthouse echter voor de eerste maal.
Ik kan me herinneren me slechts een enkele keer op deze blog negatief uitgelaten te hebben over een hotel. Dit was bij mijn allereerste bezoek aan Hue. Verder heb ik nooit meer iets kritisch geschreven over mijn locatie's. Uiteraard kan niets voor de volle 100% perfect genoemd worden, maar ik zou het van mezelf bekrompen vinden daar woorden aan te besteden. Deze blog is geen Lonely Planet.
Bij deze wil ik al mijn lezers verwittigen dat vertalingen met de nodige reserve moeten gelezen worden. Bijgevolg kan en wil ik enkel de verantwoordelijkheid nemen voor mijn oorspronkelijke tekst in het Nederlands.
Met dank voor het begrip.
Metta.
Het laatste artikel, gedateerd op vandaag maar eigenlijk voorbije nacht geschreven, heb ik vandaag herwerkt. De gedrevenheid om te schrijven dient zich vaak spontaan aan maar niet steeds op het meest gelukkige moment. Daarbij schrijf ik makkelijk vanuit een gedachtestroom (stream of consciousness) die ik wil vasthouden (attachment!), leg of maak verbanden die niet meteen duidelijk kunnen zijn voor de lezer, en let dan ook minder op zinsconstructies en schrijffouten. Als ik de chronologie van de beschreven gebeurtenissen wil respecteren, durf ik regelmatig onmiddellijk te publiceren (al zou 'in concepten' zetten een betere optie zijn).
Vandaag heb ik nogal wat verbeteringen, verduidelijkingen en toevoegingen aangebracht en bijgevolg durf ik de lezer vragen het artikel te hernemen.
De tweede nota vind ik eigenlijk nog belangrijker.
In nasleep van onze warme en boeiende gesprekken vroeg de vriendelijke Jean Hippolyte mijn blogadres. Begrijpelijkerwijze wilde hij deze blog in het Frans omzetten. Daarbij werd echter duidelijk hoe gebrekkig deze vertalingen zijn. Erger nog, reeds van bij de eerste zinnen bleek de vertaling ronduit verkeerd. Hierdoor wordt de betekenis van mijn woorden verdraaid. Ik geef een voorbeeld.
...Dit heb ik me nog geen moment beklaagd...
wordt vertaald als
...Cette fois je n'ai aucune plainte...
Dit kan de indruk wekken dat ik bij een vroeger verblijf in STC Home Stay wel klachten heb gehad. Ik ben in dit guesthouse echter voor de eerste maal.
Ik kan me herinneren me slechts een enkele keer op deze blog negatief uitgelaten te hebben over een hotel. Dit was bij mijn allereerste bezoek aan Hue. Verder heb ik nooit meer iets kritisch geschreven over mijn locatie's. Uiteraard kan niets voor de volle 100% perfect genoemd worden, maar ik zou het van mezelf bekrompen vinden daar woorden aan te besteden. Deze blog is geen Lonely Planet.
Bij deze wil ik al mijn lezers verwittigen dat vertalingen met de nodige reserve moeten gelezen worden. Bijgevolg kan en wil ik enkel de verantwoordelijkheid nemen voor mijn oorspronkelijke tekst in het Nederlands.
Met dank voor het begrip.
Metta.
"Als het mooi is, moet het waar zijn" vertrouwde een Belgische kennis me ooit toe in Vientiane. Daar kan ik iets mee, daar heb ik iets mee. Goede 'oneliners' of gebalde wijsheden konden mij reeds vroeg bekoren. Ik herinner mij de maandelijkse spreuken van 'De Bond Zonder Naam'. Die spreuken gingen vaak verder dan wat oppervlakkige, kerkelijke moraal. Niet altijd maar toch vaak. Zelf heb ik pogingen gedaan er ook te schrijven, echter met wisselend succes. Mijn meest recente: "With silence we give our attention, with noice we ask for attention." dateert al weer vanuit mijn laatste periode in Vietnam. Heb nog wel andere ingevingen gehad (-wie lacht met mensen die men niet kent, lacht eigenlijk met zichzelf-) maar die vind ik niet het bewaren waard. Bij deze wel bewaard...?
Het interessante aan werkelijk goede uitspraken is dat je ze, taoistisch gewijs, kan omkeren. "Als het waar is, zal het mooi zijn." Nu kan menigeen terecht beweren dat de waarheid niet altijd en eenduidig mooi is. De ware betekenis ligt echter dieper verborgen. Zowel volgens de Tao, als de Boeddha's leer, gaat de ultieme waarheid (the Ultimate Truth, de Dharma of absolute natuurwet) boven elk menselijk bevattingsvermogen. Geen enkele conceptuele begrenzing noch menselijk denkvermogen kan de universele waarheid bevatten. Alle religieuze 'dogma's' en wetenschappelijke bevindingen kunnen hierin niet anders dan te kort schieten. Ons sterfelijk brein kan dit niet aan. Een simpel voorbeeld: de natuur biedt ons voedsel en schoonheidservaringen maar kan ook vernietigend uitpakken.. Morgen kan de zon schijnen, overmorgen kan het stormen. Is dit goed of kwaad? Een slang kan ons bijten en vergiftigen maar ze is tevens het symbool, kruipend rond de beker, voor geneeskunde en medicijnen. In de oorsprong der dingen bestaan concepten als 'goed' en 'kwaad' niet. Dus draai ze maar gerust om en neutraliseer ze bijgevolg. Wie vertrouwd is met de Tao Teh Ching zal deze volkomen normale tegenstellingen herkennen. Als een zogenaamde waarheid niet in twee richtingen klopt, mag je ze best wantrouwen. In onze westerse optiek wordt van een dokter verwacht dat hij zijn patient geneest, in een oosterse gedachtegang, dat hij zijn patient gezond houdt.
Daar de aderdruk binnenin mijn ogen te hoog dreigt te worden (glaucoom), mede verergerd door een langdurig verblijf in de tropen, moet ik dagelijks oogdruppeltjes indoen. No big deal. Het probleem situeert zich op een ander niveau: deze druppels zijn niet goedkoop en hebben (zoals de meeste medicijnen en voedingswaren) een beperkte houdbaarheidsdatum van enkele jaren. Tot mijn voormalige ergernis, want onbegrip, blijken medicijnen financieel interessante producten te zijn. De medisch-farmaceutische lobby vertegenwoordigt wereldwijd een grote macht. Jarenlang heeft deze lobby generische, en dus goedkopere, aidsremmers afgeblokt richting Afrika. Voor een apotheek in Azie is mijn medicijn een risico-product. Blijft men zitten met een verlopen stock, dan is dit verlieslatend. Dit kan me nog eens, geheel on-boeddhistisch, op stang jagen. Het heeft Christine (van STC Home Stay) en mij dagen gekost om aan de bewuste druppeltjes te geraken. Het mag niet mogelijk zijn dat men geld wil verdienen 'op de kap' van medisch hulpbehoevenden.
De eerlijkheid gebiedt mij hieraan toe te voegen dat we de bewuste druppeltjes uiteindelijk aan een eerlijke prijs hebben gevonden in een Thaise Staatskliniek. Maar dat verliep niet zonder moeite. Thailand beschikt over een meer dan behoorlijke gezondheidszorg, echter net als bij ons doorloop je die niet zonder langs een hele papierwinkel te moeten lopen. Hoe die gezondheidszorg, momenteel ten voordele van eenieder in het land, er is gekomen? Daar wil ik me liever niet over uitspreken. Politiek is niet mijn ding en ik blijf te gast in dit mooie land. Uiteraard wil ik me ook niet uitspreken over diegenen die medicijnen nog veel harder nodig hebben dan ik. Daar buig ik me sowieso voor. Maar zonder de oogdruppeltjes zou ik blind kunnen worden.
Mijn verlengd verblijf bij Tony, Christine, Jet en Kiwi loopt op zijn eind. Thai Plum Village heeft niets meer van zich laten horen en volgens hun website sluiten ze ook nog eens de deuren tussen 23/1 en 13/2. Na een vriendelijk verblijf van bijna 14 dagen in STC Home Stay, vandaag afgerond met een op uitnodiging bijgewoond traditioneel Thai huwelijksfeest, besluit ik overmorgen terug naar Ubon en Wat Pah Nanachat te trekken. Het is mooi geweest. En waar of waarachtig. Allemaal meegenomen onderweg.
Verwacht echter niet in dit bericht de essenties van mijn laatste ervaringen te lezen. De voorbije dagen heb ik veel geschreven op deze blog. De meeste artikels heb ik nochtans in concepten laten staan. Een enkel, en door internet-verbindingsproblemen onderbroken, bericht heb ik even gepubliceerd en weer afgevoerd. Natuurlijk heb ik veel meegemaakt. Mijn driedaags contact met de boeiende Zwitser, Jean Hippolyte, was zonder meer waardig om over te schrijven maar daarom nog niet om te publiceren.
Een 'mindful' levend mens kan in een ogenblik waarnemen waar andere toeristen hun apparaten-met-handleiding voor nodig hebben. Tijdens een ochtendmeditatie, voor zonsopgang, mocht ik een vlucht vleermuizen horen en zien voorbijtrekken. Gebrand op mijn zintuigen. Een amateurfotograaf zou zijn camera moeten gaan zoeken terwijl ik stond te genieten.
Alhoewel... Christine heeft me leren werken met een memory-stick. Daarop heeft ze enkele van mijn favoriete films opgeslagen. Gisteren keek ik op dit bescheiden laptopje naar 'Ba Mua' (Three Seasons, Tony Bui), een zeldzaam Vietnamees pareltje. Ik had deze film destijds in Belgie voor de eerste maal gezien maar toen wel met ondertiteling. Nu moest ik mij behelpen met mijn uiterst beperkte kennis van de Vietnamese taal. Het stoorde mij niet, integendeel ik werd opnieuw tot tranen toe bewogen. Mogelijk een medicijn dat in geen enkele apotheek te vinden is.
Fijn detail: de brug waarover de 'cyclo driver' rijdt in een van de openingsscenes is de beroemde Truong Tien brug over Perfume River in Hue. Indertijd in Belgie had ik er geen idee van later zelf vele malen over deze brug te zullen wandelen.
Wie tevens graag een visuele achtergrond, of decor, bij mijn avonturen in Vietnam wil zien, kan ik deze film warm aanbevelen. De hele atmosfeer, van stadsbeelden tot zichten op het platteland, is levensecht en komt voor mij heel herkenbaar over. Dit kan je zo niet vastleggen met een fototoestel.
Als de 'mind' ok is, loopt het hart gesmeerd. Als het hart ok is, loopt de mind gesmeerd.
Maar eigenlijk heb ik deze dagen nog wat olie tekort.
Het interessante aan werkelijk goede uitspraken is dat je ze, taoistisch gewijs, kan omkeren. "Als het waar is, zal het mooi zijn." Nu kan menigeen terecht beweren dat de waarheid niet altijd en eenduidig mooi is. De ware betekenis ligt echter dieper verborgen. Zowel volgens de Tao, als de Boeddha's leer, gaat de ultieme waarheid (the Ultimate Truth, de Dharma of absolute natuurwet) boven elk menselijk bevattingsvermogen. Geen enkele conceptuele begrenzing noch menselijk denkvermogen kan de universele waarheid bevatten. Alle religieuze 'dogma's' en wetenschappelijke bevindingen kunnen hierin niet anders dan te kort schieten. Ons sterfelijk brein kan dit niet aan. Een simpel voorbeeld: de natuur biedt ons voedsel en schoonheidservaringen maar kan ook vernietigend uitpakken.. Morgen kan de zon schijnen, overmorgen kan het stormen. Is dit goed of kwaad? Een slang kan ons bijten en vergiftigen maar ze is tevens het symbool, kruipend rond de beker, voor geneeskunde en medicijnen. In de oorsprong der dingen bestaan concepten als 'goed' en 'kwaad' niet. Dus draai ze maar gerust om en neutraliseer ze bijgevolg. Wie vertrouwd is met de Tao Teh Ching zal deze volkomen normale tegenstellingen herkennen. Als een zogenaamde waarheid niet in twee richtingen klopt, mag je ze best wantrouwen. In onze westerse optiek wordt van een dokter verwacht dat hij zijn patient geneest, in een oosterse gedachtegang, dat hij zijn patient gezond houdt.
Daar de aderdruk binnenin mijn ogen te hoog dreigt te worden (glaucoom), mede verergerd door een langdurig verblijf in de tropen, moet ik dagelijks oogdruppeltjes indoen. No big deal. Het probleem situeert zich op een ander niveau: deze druppels zijn niet goedkoop en hebben (zoals de meeste medicijnen en voedingswaren) een beperkte houdbaarheidsdatum van enkele jaren. Tot mijn voormalige ergernis, want onbegrip, blijken medicijnen financieel interessante producten te zijn. De medisch-farmaceutische lobby vertegenwoordigt wereldwijd een grote macht. Jarenlang heeft deze lobby generische, en dus goedkopere, aidsremmers afgeblokt richting Afrika. Voor een apotheek in Azie is mijn medicijn een risico-product. Blijft men zitten met een verlopen stock, dan is dit verlieslatend. Dit kan me nog eens, geheel on-boeddhistisch, op stang jagen. Het heeft Christine (van STC Home Stay) en mij dagen gekost om aan de bewuste druppeltjes te geraken. Het mag niet mogelijk zijn dat men geld wil verdienen 'op de kap' van medisch hulpbehoevenden.
De eerlijkheid gebiedt mij hieraan toe te voegen dat we de bewuste druppeltjes uiteindelijk aan een eerlijke prijs hebben gevonden in een Thaise Staatskliniek. Maar dat verliep niet zonder moeite. Thailand beschikt over een meer dan behoorlijke gezondheidszorg, echter net als bij ons doorloop je die niet zonder langs een hele papierwinkel te moeten lopen. Hoe die gezondheidszorg, momenteel ten voordele van eenieder in het land, er is gekomen? Daar wil ik me liever niet over uitspreken. Politiek is niet mijn ding en ik blijf te gast in dit mooie land. Uiteraard wil ik me ook niet uitspreken over diegenen die medicijnen nog veel harder nodig hebben dan ik. Daar buig ik me sowieso voor. Maar zonder de oogdruppeltjes zou ik blind kunnen worden.
Mijn verlengd verblijf bij Tony, Christine, Jet en Kiwi loopt op zijn eind. Thai Plum Village heeft niets meer van zich laten horen en volgens hun website sluiten ze ook nog eens de deuren tussen 23/1 en 13/2. Na een vriendelijk verblijf van bijna 14 dagen in STC Home Stay, vandaag afgerond met een op uitnodiging bijgewoond traditioneel Thai huwelijksfeest, besluit ik overmorgen terug naar Ubon en Wat Pah Nanachat te trekken. Het is mooi geweest. En waar of waarachtig. Allemaal meegenomen onderweg.
Verwacht echter niet in dit bericht de essenties van mijn laatste ervaringen te lezen. De voorbije dagen heb ik veel geschreven op deze blog. De meeste artikels heb ik nochtans in concepten laten staan. Een enkel, en door internet-verbindingsproblemen onderbroken, bericht heb ik even gepubliceerd en weer afgevoerd. Natuurlijk heb ik veel meegemaakt. Mijn driedaags contact met de boeiende Zwitser, Jean Hippolyte, was zonder meer waardig om over te schrijven maar daarom nog niet om te publiceren.
Een 'mindful' levend mens kan in een ogenblik waarnemen waar andere toeristen hun apparaten-met-handleiding voor nodig hebben. Tijdens een ochtendmeditatie, voor zonsopgang, mocht ik een vlucht vleermuizen horen en zien voorbijtrekken. Gebrand op mijn zintuigen. Een amateurfotograaf zou zijn camera moeten gaan zoeken terwijl ik stond te genieten.
Alhoewel... Christine heeft me leren werken met een memory-stick. Daarop heeft ze enkele van mijn favoriete films opgeslagen. Gisteren keek ik op dit bescheiden laptopje naar 'Ba Mua' (Three Seasons, Tony Bui), een zeldzaam Vietnamees pareltje. Ik had deze film destijds in Belgie voor de eerste maal gezien maar toen wel met ondertiteling. Nu moest ik mij behelpen met mijn uiterst beperkte kennis van de Vietnamese taal. Het stoorde mij niet, integendeel ik werd opnieuw tot tranen toe bewogen. Mogelijk een medicijn dat in geen enkele apotheek te vinden is.
Fijn detail: de brug waarover de 'cyclo driver' rijdt in een van de openingsscenes is de beroemde Truong Tien brug over Perfume River in Hue. Indertijd in Belgie had ik er geen idee van later zelf vele malen over deze brug te zullen wandelen.
Wie tevens graag een visuele achtergrond, of decor, bij mijn avonturen in Vietnam wil zien, kan ik deze film warm aanbevelen. De hele atmosfeer, van stadsbeelden tot zichten op het platteland, is levensecht en komt voor mij heel herkenbaar over. Dit kan je zo niet vastleggen met een fototoestel.
Als de 'mind' ok is, loopt het hart gesmeerd. Als het hart ok is, loopt de mind gesmeerd.
Maar eigenlijk heb ik deze dagen nog wat olie tekort.
woensdag 15 januari 2014
Vandaag mijn derde dag in 'STC Home Stay Bed and Breakfast' in de omgeving van Udonthani. Dit heb ik me nog geen moment beklaagd want het is in alle opzichten een uitstekend verblijf. Niet enkel de prachtige houten bungalow in traditioneel Thaise stijl, ook de rust, de mooie natuur en de bijzonder vriendelijke en gedienstige eigenaars, die er niets aan gelegen laten om mijn verblijf zo aangenaam mogelijk te laten verlopen, doen me met volle teugen genieten.
Op het terras van de bungalow heb ik de beschikking over een grote ronde tafel waaraan ik kan werken en op dit ogenblik dus ook dit artikel schrijf. Maar er staat tevens een soort ligbank die uitermate geschikt is voor zitmeditatie. Daar neem ik dan ook ruimschoots de gelegenheid toe. De bungalow, hier weliswaar met een interieur dat alle comfort verschaft, doet me enigszins denken aan de grotere houten hutten van voorname Thaise woudmonniken (bv. de 'kuti' van Ajahn Kevali, de abt van Wat Pah Nanachat ). Uiteraard hebben die niet dezelfde luxe en slapen zelfs de heel oude monniken binnen die traditie nog op een simpel matje, direct op de houten vloer. Zij beschikken meestal ook niet over een eigen badkamer en al zeker niet over een ligbad met stromend warm water. Nu heb ik deze luxe niet bepaald nodig, ben ze ook niet gewend en maak er maar uiterst beperkt gebruik van. De tv heb ik nog niet aangezet en een snelle douche volstaat, maar ik kan moeilijk anders dan te slapen in het grote, zachte bed.
Eten doe ik in het hoofdhuis, tevens de woning van Tony en Christine, een onderhoudend Belgisch koppel van mijn generatie. Tony is bovendien een geschoold kok die ervan geniet zijn klanten te verwennen met met liefde gemaakt voedsel. Tussendoor voeren we menig goed gesprek, afwisselend in het Nederlands en het Engels om Gosia, een jonge Poolse en op dit ogenblik naast mezelf de enige vaste klant, niet uit te sluiten. Gisteren in de vroege ochtend heeft Christine ons samen naar twee naburige en bezienswaardige tempels gevoerd. Na de 'alms'-ronde van de monniken en de maaltijd met de lokale bevolking in de grote hal van de Ban Tad tempel ( thuisbasis van de inmiddels overleden maar zeer populaire Ajahn Ta Bua), begon Gosia mij steeds meer vragen te stellen over het boeddhisme. Haar interesse was duidelijk aangewakkerd en eenmaal terug in ons gastverblijf ontspon er zich een intens gesprek over het onderwerp. Ik heb haar een van mijn boeken gegeven, recent aangeschaft in Vientiane bleek dit voor mij iets te licht uit te vallen. Zeker geen slecht werk maar vooral bedoeld als eerste kennismaking met de leer van Gautama Sakyamuni. Gosia vond dit juist daarom best geschikt. Een klein gewicht minder in mijn alsmaar zwaarder wordend koffer.
Sinds mijn laatste verblijf in Wat Pah Nanachat onderhoud ik met Boris Divjak, een Kroaat die leeft en werkt in Senegal, een vriendelijk mail-verkeer. Annex aan zijn laatste bericht, stuurde hij mij een video met een 'dhammatalk' van Ajahn Brahm over het kerstgebeuren. Deze Engelse monnik is opgeleid door en in de traditie van Ajahn Cha en is momenteel abt van een gelieerd klooster in Engeland of Amerika, dat weet ik niet zo juist. Hij staat echter bekend als een uitmuntend causeur met een sterk talent voor humoristische accenten. Het thema: "Xmas, time of consumerism, versus the Gift of Nothing" is dan ook doorspekt met zeer vermakelijke anekdotes. Kort samengevat gaat het openingsverhaaltje als volgt: een non leeft in een grot en bemerkt na haar alms-ronde dat er een muis een gaatje heeft geknaagd in haar extra okerkleurige pij. Zij bedenkt dat het misschien geen slecht idee is om een kat aan te schaffen en krijgt er eentje van de behulpzame mensen uit het naburige dorp. Al snel vindt ze het wat vervelend om steeds om melk te moeten bedelen en vraagt of men geen koe op overschot heeft. Ook die krijgt ze maar dit beest heeft dagelijks gras nodig. Bijgevolg vraagt ze naar een lapje grond en later naar een jong kereltje met een moeilijk karakter, die zij, in ruil voor het onderhoud van de weide, goede manieren kan aanleren. Maar een jong kereltje tezamen met een non in een grot past niet en dus vraagt ze naar een hutje op de weide. Dat moet echter gebouwd worden door werklieden en die hebben haar instructies nodig. Wanneer ze echter een dorpeling, die haar om psychologische bijstand vraagt, moet afwimpelen vanwege geen tijd, begint het haar te dagen. Ze heeft nu werklieden die een hut moeten bouwen voor de jongen die de weide onderhoudt om te koe te voeden die melk verschaft aan de kat die de muis moet weghouden. Terwijl het dichtnaaien van het gaatje in haar kleed enkel 10 minuutjes zou vragen en ze daardoor overschot van tijd zou hebben voor diegenen die haar aandacht echt nodig hebben. Een exemplarisch gegeven voor de wijze waarop onze moderne samenleving functioneert.
Ajahn Brahm houdt vervolgens een geanimeerd pleidooi voor meer eenvoud. In confrontatie met de uitspraak van een overtuigd katholiek: "Nothing is better than God" antwoordt hij resoluut "Exactly!"
Waarom ik dit aanhaal? Toen ik indertijd al mijn bezittingen weggaf en louter het strikt noodzakelijke wilde meenemen, lukte het me nog behoorlijk de bagage zo licht mogelijk te houden. Gaandeweg schafte ik me echter een extra T-shirt aan. Het is toch makkelijker om niet al na twee dagen aan je 'laundry' te moeten denken. Enkele gelamineerde tekeningen en wat extra kopie's om hier en daar uit te delen...dat kan geen probleem zijn. Het snoerloos scheerapparaatje, dat mijn schedel comfortabel blank moet houden, begint somtijds vreemd te sputteren...dan schaffen we veiligheidshalve maar een extra machientje aan. Een warme sjaal, gekregen van mijn Vietnamese adoptiedochter, zeer welkom bij de huidige Aziatische koude. En boeken... - metgezellen voor eenzame dagen-, daar kan ik helemaal moeilijk aan weerstaan. Begint het duidelijk te worden?
Ik kan nog verder gaan. Ben vertrokken zonder laptop, cd-speler met hoofdtelefoon, elektronisch woordenboek Engels-Vietnamees en vice versa, zonder fototoestel (aangehaald in orde van aanschaf)... En zonder batterijen om die hele rimram operationeel te houden. Deze dagen sleur ik dit alles overal rond. Ajahn Brahm draagt zijn monniken geregeld op om van de ene 'kuti' naar de andere te verhuizen, zonder gebruik van stootkar of kruiwagen. Zo leren ze te beseffen hoe makkelijk zelfs zij dingen vergaren. Dat vind ik wijs.
"Vroeger werden bergen nog als heilige plekken beschouwd. Ze trokken heilige mensen aan die er wilden mediteren. Toen kwam er een ondernemingsgezinde die er zijn nationale vlag plantte. Vervolgens bouwde de volgende er een restaurant en joeg alle heilige mensen weg." Deze dagen is het een vuilnisbelt geworden waarop ze rijke toeristen, tegen harde valuta, in een draagstoel naar boven dragen. Zelf getuige van geweest in de Himalayas, voor mij nochtans nog altijd een van de meest sacrale plaatsen ter wereld. Less is more. Mogelijk is 'Nothing substantial', onder de vorm van gemeende aandacht voor elkaar, meer waard dan een duur cadeau.
Laat me voorlopig toch maar even genieten van de aangeboden luxe en vriendelijke verwenning. De meerkost zweet ik later wel terug uit. Ondertussen blijf ik wachten op een bevestiging van het Thai Plum Village maar blijkbaar zitten de monniken niet vaak (of graag) aan de computer. Dat begrijp ik.
Op het terras van de bungalow heb ik de beschikking over een grote ronde tafel waaraan ik kan werken en op dit ogenblik dus ook dit artikel schrijf. Maar er staat tevens een soort ligbank die uitermate geschikt is voor zitmeditatie. Daar neem ik dan ook ruimschoots de gelegenheid toe. De bungalow, hier weliswaar met een interieur dat alle comfort verschaft, doet me enigszins denken aan de grotere houten hutten van voorname Thaise woudmonniken (bv. de 'kuti' van Ajahn Kevali, de abt van Wat Pah Nanachat ). Uiteraard hebben die niet dezelfde luxe en slapen zelfs de heel oude monniken binnen die traditie nog op een simpel matje, direct op de houten vloer. Zij beschikken meestal ook niet over een eigen badkamer en al zeker niet over een ligbad met stromend warm water. Nu heb ik deze luxe niet bepaald nodig, ben ze ook niet gewend en maak er maar uiterst beperkt gebruik van. De tv heb ik nog niet aangezet en een snelle douche volstaat, maar ik kan moeilijk anders dan te slapen in het grote, zachte bed.
Eten doe ik in het hoofdhuis, tevens de woning van Tony en Christine, een onderhoudend Belgisch koppel van mijn generatie. Tony is bovendien een geschoold kok die ervan geniet zijn klanten te verwennen met met liefde gemaakt voedsel. Tussendoor voeren we menig goed gesprek, afwisselend in het Nederlands en het Engels om Gosia, een jonge Poolse en op dit ogenblik naast mezelf de enige vaste klant, niet uit te sluiten. Gisteren in de vroege ochtend heeft Christine ons samen naar twee naburige en bezienswaardige tempels gevoerd. Na de 'alms'-ronde van de monniken en de maaltijd met de lokale bevolking in de grote hal van de Ban Tad tempel ( thuisbasis van de inmiddels overleden maar zeer populaire Ajahn Ta Bua), begon Gosia mij steeds meer vragen te stellen over het boeddhisme. Haar interesse was duidelijk aangewakkerd en eenmaal terug in ons gastverblijf ontspon er zich een intens gesprek over het onderwerp. Ik heb haar een van mijn boeken gegeven, recent aangeschaft in Vientiane bleek dit voor mij iets te licht uit te vallen. Zeker geen slecht werk maar vooral bedoeld als eerste kennismaking met de leer van Gautama Sakyamuni. Gosia vond dit juist daarom best geschikt. Een klein gewicht minder in mijn alsmaar zwaarder wordend koffer.
Sinds mijn laatste verblijf in Wat Pah Nanachat onderhoud ik met Boris Divjak, een Kroaat die leeft en werkt in Senegal, een vriendelijk mail-verkeer. Annex aan zijn laatste bericht, stuurde hij mij een video met een 'dhammatalk' van Ajahn Brahm over het kerstgebeuren. Deze Engelse monnik is opgeleid door en in de traditie van Ajahn Cha en is momenteel abt van een gelieerd klooster in Engeland of Amerika, dat weet ik niet zo juist. Hij staat echter bekend als een uitmuntend causeur met een sterk talent voor humoristische accenten. Het thema: "Xmas, time of consumerism, versus the Gift of Nothing" is dan ook doorspekt met zeer vermakelijke anekdotes. Kort samengevat gaat het openingsverhaaltje als volgt: een non leeft in een grot en bemerkt na haar alms-ronde dat er een muis een gaatje heeft geknaagd in haar extra okerkleurige pij. Zij bedenkt dat het misschien geen slecht idee is om een kat aan te schaffen en krijgt er eentje van de behulpzame mensen uit het naburige dorp. Al snel vindt ze het wat vervelend om steeds om melk te moeten bedelen en vraagt of men geen koe op overschot heeft. Ook die krijgt ze maar dit beest heeft dagelijks gras nodig. Bijgevolg vraagt ze naar een lapje grond en later naar een jong kereltje met een moeilijk karakter, die zij, in ruil voor het onderhoud van de weide, goede manieren kan aanleren. Maar een jong kereltje tezamen met een non in een grot past niet en dus vraagt ze naar een hutje op de weide. Dat moet echter gebouwd worden door werklieden en die hebben haar instructies nodig. Wanneer ze echter een dorpeling, die haar om psychologische bijstand vraagt, moet afwimpelen vanwege geen tijd, begint het haar te dagen. Ze heeft nu werklieden die een hut moeten bouwen voor de jongen die de weide onderhoudt om te koe te voeden die melk verschaft aan de kat die de muis moet weghouden. Terwijl het dichtnaaien van het gaatje in haar kleed enkel 10 minuutjes zou vragen en ze daardoor overschot van tijd zou hebben voor diegenen die haar aandacht echt nodig hebben. Een exemplarisch gegeven voor de wijze waarop onze moderne samenleving functioneert.
Ajahn Brahm houdt vervolgens een geanimeerd pleidooi voor meer eenvoud. In confrontatie met de uitspraak van een overtuigd katholiek: "Nothing is better than God" antwoordt hij resoluut "Exactly!"
Waarom ik dit aanhaal? Toen ik indertijd al mijn bezittingen weggaf en louter het strikt noodzakelijke wilde meenemen, lukte het me nog behoorlijk de bagage zo licht mogelijk te houden. Gaandeweg schafte ik me echter een extra T-shirt aan. Het is toch makkelijker om niet al na twee dagen aan je 'laundry' te moeten denken. Enkele gelamineerde tekeningen en wat extra kopie's om hier en daar uit te delen...dat kan geen probleem zijn. Het snoerloos scheerapparaatje, dat mijn schedel comfortabel blank moet houden, begint somtijds vreemd te sputteren...dan schaffen we veiligheidshalve maar een extra machientje aan. Een warme sjaal, gekregen van mijn Vietnamese adoptiedochter, zeer welkom bij de huidige Aziatische koude. En boeken... - metgezellen voor eenzame dagen-, daar kan ik helemaal moeilijk aan weerstaan. Begint het duidelijk te worden?
Ik kan nog verder gaan. Ben vertrokken zonder laptop, cd-speler met hoofdtelefoon, elektronisch woordenboek Engels-Vietnamees en vice versa, zonder fototoestel (aangehaald in orde van aanschaf)... En zonder batterijen om die hele rimram operationeel te houden. Deze dagen sleur ik dit alles overal rond. Ajahn Brahm draagt zijn monniken geregeld op om van de ene 'kuti' naar de andere te verhuizen, zonder gebruik van stootkar of kruiwagen. Zo leren ze te beseffen hoe makkelijk zelfs zij dingen vergaren. Dat vind ik wijs.
"Vroeger werden bergen nog als heilige plekken beschouwd. Ze trokken heilige mensen aan die er wilden mediteren. Toen kwam er een ondernemingsgezinde die er zijn nationale vlag plantte. Vervolgens bouwde de volgende er een restaurant en joeg alle heilige mensen weg." Deze dagen is het een vuilnisbelt geworden waarop ze rijke toeristen, tegen harde valuta, in een draagstoel naar boven dragen. Zelf getuige van geweest in de Himalayas, voor mij nochtans nog altijd een van de meest sacrale plaatsen ter wereld. Less is more. Mogelijk is 'Nothing substantial', onder de vorm van gemeende aandacht voor elkaar, meer waard dan een duur cadeau.
Laat me voorlopig toch maar even genieten van de aangeboden luxe en vriendelijke verwenning. De meerkost zweet ik later wel terug uit. Ondertussen blijf ik wachten op een bevestiging van het Thai Plum Village maar blijkbaar zitten de monniken niet vaak (of graag) aan de computer. Dat begrijp ik.
zondag 12 januari 2014
De feestdagen achter de rug en het nodige papierwerk geregeld, wordt het tijd Vientiane te verlaten en opnieuw op pad te gaan. De Laotiaanse hoofdstad mag bekend staan als een van de meest rustige (laid back) hoofdsteden in de wereld, het is en blijft een toeristische metropool in Zuid-Oost Azie en - al zal dit ietwat belegen beginnen klinken- daar heb ik het eigenlijk mee gehad. Tijd voor een nieuwe beweging dus, wederom richting Thailand. Mijn eerder (dubble entry) visum voor dit land geeft me nog een krediet van 60 dagen en, na menig internetverbindingsprobleem, heb ik eindelijk contact kunnen maken met het Thai Plum Village in Khorat. Moet nog even wachten op een definitieve bevestiging voor een langer verblijf , maar de vriendelijke mail die ik van hun reeds ontving laat het beste verhopen.
Ondertussen heb ik een busticket aangeschaft en vertrek ik morgen naar Udonthani in Noord-Thailand. Dit ligt op mijn reisroute naar het Vietnamees klooster en ik heb er, in afwachting, een mooie locatie kunnen boeken. STC Home Stay ligt op ongeveer 20 km verwijderd van het stadscentrum en blijkt een rustig verblijf omgeven door mooie natuur. De Nederlands sprekende uitbaters klinken vriendelijk en gewillig want, ondanks de redelijk prijzige bungalows, biedt men mij de kans ook enkele dagen in een goedkopere kamer te verblijven. Ze hebben maar drie kamers en vanwege het hoogseizoen zal ik 1 nacht naar de 'superdeluxe' bungalow moeten verhuizen. Dat moet maar eens kunnen voor een enkele maal, rust en stilte zijn me iets waard.
Over de feestperiode in Vientiane valt weinig noemenswaardig te vertellen. Ik heb deze, voor mij toch altijd wel enigszins eenzaam aanvoelende tijd, kunnen overbruggen. En dat is goed. Occasioneel heb ik wat boeiende en soms zelfs hartverwarmende gesprekken kunnen voeren. Telkenmale ik de Laotiaanse hoofdstad aandoe heb ik de aangename gelegenheid Alan Boatman, een boomlange man uit de Bermudas, te ontmoeten. Alan, een geografisch wetenschapper, woont en werkt hier, is gehuwd met een Deense en heeft twee jonge kinderen. De man is intelligent op een verfijnde wijze, zeer belezen en begenadigd met een groot hart. Wij delen bovendien onze interesse in het Boeddhisme. Alhoewel hij een graag geziene gast is in het Belgisch Chokdee Cafe, populair in de positieve zin van het woord, maakt hij steeds graag tijd vrij voor een goed gesprek. Nimmer tijdverlies, immer stichtend. Al blijven mijn contacten met hem het meest beklijvend, er zijn nog andere mensen met wie het goed toeven was. Zoals een van de 'expats' me onlangs meegaf, voel ik me steeds meer een aanvaard en volwaardig lid worden van de plaatselijke gemeenschap. Daarbij tracht ik ook steeds de lokale, Laotiaanse 'staff' niet te negeren. Ik probeer hen met respect en genegenheid te benaderen, ondanks de moeilijkheden op taalgebied mocht ik hun waardering daarvoor voelen. Ook dat is goed.
Recent plaatste de Belgische dokter Jean-Marie Hospied, hoofddokter van 'Le Centre Medical de l'Ambassade De France' in Vientiane en ere-consul voor ons landje, een opdracht voor een heel speciaal artistiek werk. Zijn Chinese echtgenote wil graag voor hun huis in Belgie een tekening op het aparte formaat van 2.5 m op 80 cm. Een grote eer maar een aartsmoeilijke uitdaging. Daarbij heb ik twee bedenkingen. In eerste instantie voel ik me niet meer die gedreven artiest van weleer. De bijhorende spanningen heb ik weggegeven, tezamen met al mijn andere bezittingen en bindingen, toen ik bijna 4 jaren geleden naar Azie trok. Het gevaar van de kaars die aan beide zijdes opbrandt was me al te duidelijk bekend. Het natuurlijk evenwicht houdt in dat een grote creativiteit tevens een grote destructiviteit 'triggert'. Wat is dat waard? Moet ik mezelf nog bewijzen of mag ik stilaan afstand nemen van het ego dat zichzelf maar wat graag allerhande etiketjes toebedeelt?
De tweede bedenking is van meer praktische aard. Hoe kan ik een dergelijke opdracht verwezenlijken als een rondreizend, thuisloos mens? En hoe maak je -excuseer me het woordgebruik- in godsnaam een tekening, EEN TEKENING, op een dergelijk formaat? Een tekening impliceert de 'lijn' en op dit formaat zou zulks best gebeuren met zwarte inkt en penseel. Met een potlood riskeer je de oceaan over te steken in een roeibootje. Maar met zwarte inkt, geloof me vrij, maak je gegarandeerd troep indien niet de beschikking over een atelier. Al had ik reeds een geschikt thema in gedachten: 'Make yourself unto an island', een idee waarover Jean-Marie enthousiast bleek, ik besluit het hele project af te blazen. Er hangen voldoende werkjes van mij, her en der, aan de muur. Voltooid verleden tijd.
Waar ik het wel nog over wil hebben, sprekend over artistieke gedrevenheid, is een uitzonderlijk boeiend televisie-interview onder de noemer 'Hardtalk', gezien op de nieuwszender BBC. Giles Duley was in een vroeger leven een bekend Engels fotograaf van beroemdheden. Op een bevlogen moment realiseerde hij zichzelf dat dit nooit zijn oorspronkelijk artistieke inborst kon bevredigen. Bijgevolg richtte hij zijn oog op het portretteren van het menselijk lijden, in dien verstande dat hij zich sinds dan aansloot bij ngo's die dat lijden wilden verzachten. Geen sensationele snapshots maar een getuigenis van de menselijke waardigheid doorheen het geweld van kogels en spervuur. Dit liet hem uiteindelijk op een landmijn stappen, het verlies van beide benen en de linkerarm tot gevolg.
Na een begrijpelijk moeilijke periode op de afdeling intensieve verzorging werd hij na enkele maanden, tijdens het douchen, geconfronteerd met het spiegelbeeld van zijn huidige beperkingen. Een bijzonder pijnlijke confrontatie die hem intens verdriet opleverde. Niettemin sloeg hij erin zichzelf te portretteren als een historisch Grieks standbeeld, zijn menselijke waardigheid leek niet aangetast. Giles besloot moedig verder te gaan als gedreven fotograaf en reist terug naar oorlogsgebieden. Momenteel maakt hij opnieuw foto's van gehavende mensen, nu echter als ervaringsdeskundige. Een prachtmens waar ik graag even wil bij stilstaan.
Dat ik nog veel te leren heb mag duidelijk worden uit het volgende citaat, geplukt uit een van mijn notaboekjes:
"The obsession from people for camera's and pictures is emblematic of the desire to eternalize their impressions, experiences and emotions. But, in fact, it means not much more than denying the transient nature of life and all phenomena. Photographs are mere pictures of a frozen or death reality, they keep us chained on the past which is definitly ended."
Ik zit er nog dikwijls naast, oordeel en veroordeel al te makkelijk wat ik op het eerste gezicht waarneem. Het leven is zoveel complexer, en vaak hebben mensen een diepere inborst dan welke ze direct laten zien. Mijn welgemeende excuses voor eenieder die ik ooit met woorden tekortgedaan heb.
Ondertussen heb ik een busticket aangeschaft en vertrek ik morgen naar Udonthani in Noord-Thailand. Dit ligt op mijn reisroute naar het Vietnamees klooster en ik heb er, in afwachting, een mooie locatie kunnen boeken. STC Home Stay ligt op ongeveer 20 km verwijderd van het stadscentrum en blijkt een rustig verblijf omgeven door mooie natuur. De Nederlands sprekende uitbaters klinken vriendelijk en gewillig want, ondanks de redelijk prijzige bungalows, biedt men mij de kans ook enkele dagen in een goedkopere kamer te verblijven. Ze hebben maar drie kamers en vanwege het hoogseizoen zal ik 1 nacht naar de 'superdeluxe' bungalow moeten verhuizen. Dat moet maar eens kunnen voor een enkele maal, rust en stilte zijn me iets waard.
Over de feestperiode in Vientiane valt weinig noemenswaardig te vertellen. Ik heb deze, voor mij toch altijd wel enigszins eenzaam aanvoelende tijd, kunnen overbruggen. En dat is goed. Occasioneel heb ik wat boeiende en soms zelfs hartverwarmende gesprekken kunnen voeren. Telkenmale ik de Laotiaanse hoofdstad aandoe heb ik de aangename gelegenheid Alan Boatman, een boomlange man uit de Bermudas, te ontmoeten. Alan, een geografisch wetenschapper, woont en werkt hier, is gehuwd met een Deense en heeft twee jonge kinderen. De man is intelligent op een verfijnde wijze, zeer belezen en begenadigd met een groot hart. Wij delen bovendien onze interesse in het Boeddhisme. Alhoewel hij een graag geziene gast is in het Belgisch Chokdee Cafe, populair in de positieve zin van het woord, maakt hij steeds graag tijd vrij voor een goed gesprek. Nimmer tijdverlies, immer stichtend. Al blijven mijn contacten met hem het meest beklijvend, er zijn nog andere mensen met wie het goed toeven was. Zoals een van de 'expats' me onlangs meegaf, voel ik me steeds meer een aanvaard en volwaardig lid worden van de plaatselijke gemeenschap. Daarbij tracht ik ook steeds de lokale, Laotiaanse 'staff' niet te negeren. Ik probeer hen met respect en genegenheid te benaderen, ondanks de moeilijkheden op taalgebied mocht ik hun waardering daarvoor voelen. Ook dat is goed.
Recent plaatste de Belgische dokter Jean-Marie Hospied, hoofddokter van 'Le Centre Medical de l'Ambassade De France' in Vientiane en ere-consul voor ons landje, een opdracht voor een heel speciaal artistiek werk. Zijn Chinese echtgenote wil graag voor hun huis in Belgie een tekening op het aparte formaat van 2.5 m op 80 cm. Een grote eer maar een aartsmoeilijke uitdaging. Daarbij heb ik twee bedenkingen. In eerste instantie voel ik me niet meer die gedreven artiest van weleer. De bijhorende spanningen heb ik weggegeven, tezamen met al mijn andere bezittingen en bindingen, toen ik bijna 4 jaren geleden naar Azie trok. Het gevaar van de kaars die aan beide zijdes opbrandt was me al te duidelijk bekend. Het natuurlijk evenwicht houdt in dat een grote creativiteit tevens een grote destructiviteit 'triggert'. Wat is dat waard? Moet ik mezelf nog bewijzen of mag ik stilaan afstand nemen van het ego dat zichzelf maar wat graag allerhande etiketjes toebedeelt?
De tweede bedenking is van meer praktische aard. Hoe kan ik een dergelijke opdracht verwezenlijken als een rondreizend, thuisloos mens? En hoe maak je -excuseer me het woordgebruik- in godsnaam een tekening, EEN TEKENING, op een dergelijk formaat? Een tekening impliceert de 'lijn' en op dit formaat zou zulks best gebeuren met zwarte inkt en penseel. Met een potlood riskeer je de oceaan over te steken in een roeibootje. Maar met zwarte inkt, geloof me vrij, maak je gegarandeerd troep indien niet de beschikking over een atelier. Al had ik reeds een geschikt thema in gedachten: 'Make yourself unto an island', een idee waarover Jean-Marie enthousiast bleek, ik besluit het hele project af te blazen. Er hangen voldoende werkjes van mij, her en der, aan de muur. Voltooid verleden tijd.
Waar ik het wel nog over wil hebben, sprekend over artistieke gedrevenheid, is een uitzonderlijk boeiend televisie-interview onder de noemer 'Hardtalk', gezien op de nieuwszender BBC. Giles Duley was in een vroeger leven een bekend Engels fotograaf van beroemdheden. Op een bevlogen moment realiseerde hij zichzelf dat dit nooit zijn oorspronkelijk artistieke inborst kon bevredigen. Bijgevolg richtte hij zijn oog op het portretteren van het menselijk lijden, in dien verstande dat hij zich sinds dan aansloot bij ngo's die dat lijden wilden verzachten. Geen sensationele snapshots maar een getuigenis van de menselijke waardigheid doorheen het geweld van kogels en spervuur. Dit liet hem uiteindelijk op een landmijn stappen, het verlies van beide benen en de linkerarm tot gevolg.
Na een begrijpelijk moeilijke periode op de afdeling intensieve verzorging werd hij na enkele maanden, tijdens het douchen, geconfronteerd met het spiegelbeeld van zijn huidige beperkingen. Een bijzonder pijnlijke confrontatie die hem intens verdriet opleverde. Niettemin sloeg hij erin zichzelf te portretteren als een historisch Grieks standbeeld, zijn menselijke waardigheid leek niet aangetast. Giles besloot moedig verder te gaan als gedreven fotograaf en reist terug naar oorlogsgebieden. Momenteel maakt hij opnieuw foto's van gehavende mensen, nu echter als ervaringsdeskundige. Een prachtmens waar ik graag even wil bij stilstaan.
Dat ik nog veel te leren heb mag duidelijk worden uit het volgende citaat, geplukt uit een van mijn notaboekjes:
"The obsession from people for camera's and pictures is emblematic of the desire to eternalize their impressions, experiences and emotions. But, in fact, it means not much more than denying the transient nature of life and all phenomena. Photographs are mere pictures of a frozen or death reality, they keep us chained on the past which is definitly ended."
Ik zit er nog dikwijls naast, oordeel en veroordeel al te makkelijk wat ik op het eerste gezicht waarneem. Het leven is zoveel complexer, en vaak hebben mensen een diepere inborst dan welke ze direct laten zien. Mijn welgemeende excuses voor eenieder die ik ooit met woorden tekortgedaan heb.
Abonneren op:
Posts (Atom)