donderdag 11 april 2013

De voorbije dagen piekten de prille zomertemperaturen reeds boven de 40 graden. Uiterst uitzonderlijk voor Vietnam, maar ook dit land ontsnapt niet aan de gevolgen van de globale opwarming. Bij deze temperaturen kan je als westerling, geboren en getogen in een continentaal klimaat, je jezelf niet normaal meer bewegen. Het zweetvocht wordt uit je lijf getrokken, mijn bril glijdt zomaar van mijn kletsnat voorhoofd. Dit agiteert een mens die daaraan niet aangepast is. Je wordt sneller kwaad, verliest makkelijk de noodzakelijke beheersing.
De Vietnamezen blijken daar op het eerste gezicht minder last van te ondervinden maar een goed waarnemer merkt dat ook zij nerveuzer worden. Hun sowieso al beperkte geduld -de overwegend jonge bevolking wil immer vooruit- wordt bij deze extreme temperaturen nog meer op de proef gesteld.

Soms lijkt het erop alsof er geen discipline heerst in deze samenleving maar die is er zeer zeker wel. Op een heel verschillende wijze dan in onze landen. Ondanks het feit dat je zo goed als geen politie ziet op de straat bemerk je ook uiterst zelden mensen die het openlijk aan de stok hebben met mekaar. Temidden het ogenschijnlijk chaotische verkeer heerst een zeker systeem dat werkt. En als er al eens een probleem opduikt, wordt dat steevast 'in der minne' opgelost. Alhoewel ik soms mijn ogen moet sluiten voor brommers die kriskras over een kruispunt zonder verkeerslichten razen, zie ik bijna nooit een accident gebeuren. En indien dit wel het geval is, zie je onmiddellijk hulpvaardige en bekommerde mensen toesnellen. In deze samenleving dienen mensen te overleven maar ze hebben daarbij blijkbaar voldoende respect voor mekaar om geen controlerende politie nodig te hebben. Kan je je dit voorstellen in onze samenleving?

Ik heb het geluk gehad geboren te zijn in een welvarend land. Ondanks het vroege overlijden van mijn vader heeft mijn moeder me de kansen geboden om te studeren. In die tijd bestonden de benamingen 'master' en 'bachelor' nog niet. Een langere en onzekere studie aan de academie bleek echter onmogelijk maar een kortere opleiding als leraar plastische opvoeding bleek wel haalbaar. Met dit diploma op zak, en latere studies ter vervolmaking van mijn opleiding als artiest, kwam ik in de mogelijkheid een eigen gezin te stichten. Ondanks een moeilijke start als leraar kreeg ik toch de kansen om uiteindelijk een loopbaan op te bouwen  als vastbenoemde ambtenaar in loondienst van de staat. Het vergaren van materiele rijkdom behoorde nimmer tot de mogelijkheden maar was ook nooit mijn doel. Ik kon mijn gezin onderhouden, mijn kinderen laten studeren en mijn leerlingen, via het leren ontdekken van de eigen talenten, op weg helpen naar een zelfredzame toekomst. Dat hoop ik tenminste.

Op mijn gelouterde leeftijd en dankzij een vervroegd pensioentje, kwam ik tijdens mijn reizen doorheen Centraal- en Zuid-Oost Azie meermaals in contact met jonge en dynamische mensen die deze kansen moeten ontberen. Ben momenteel 3 jaren en 2 maanden van huis weg. In het begin vond ik het mijn taak om aalmoezen uit te delen waar nodig. Momenteel zie ik dat anders. Ik geef er nu de voorkeur aan om mensen te ondersteunen op een meer praktische wijze. Koop een 'fan' (ben de juiste benaming hiervoor in het Nederlands al vergeten), een rijstkoker, studieboeken of een laptop... Of ik betaal de huur voor een studentenkamer, help jonge mensen met het 'management' van hun kleine onderneming met de aanschaf van het primair noodzakelijk materiaal en/of met kleine suggesties om zichzelf op een eerlijke wijze te kunnen beredderen. Dit lijkt me efficienter en minder vernederend. Deze dagen investeer ik mijn energie en ervaring in het helpen van een team jonge mensen om te overleven via ondersteuning in het 'runnen' van hun klein restaurantje. Het blijkt te werken. 'Zaken doen' volgens de boeddhistische ethiek is mogelijk en geeft blijkbaar voldoening en zelfrespect in het hart en de portefeuille.

Daar het momenteel echter moeilijk blijft te werken aan mijn persoonlijke praktijk als boeddhist -ik mis de mogelijkheid om me af en toe eens voor enkele weken af te zonderen in een klooster of een natuurlijke omgeving- belast ik mezelf fysiek en mentaal regelmatig teveel. Daarvoor dien ik nog ernstig op zoek te gaan naar afdoende mogelijkheden. Weet niet of het me daarbij kan helpen maar ik heb me aangeboden aan het Hue University College for Foreign Languages om op regelmatige basis lessen Vietnamese taal te gaan studeren. Moet nog even wachten op een positieve beslissing van immigratie over mijn mogelijkheid tot het bekomen van een studentenvisum. Eenmaal meer zekerheid daarover kan ik gaan nadenken over het huren van een kamer en de aanschaf van een fiets. Dat zou niet enkel kunnen nodig blijken maar ook nuttig om me ietwat af te zonderen van de 'hustle and bustle' in het overdrukke toeristische centrum. Al zal het alleen en dus zonder steun van spirituele vrienden altijd moeilijk blijven, mogelijk kan ik dan toch mijn ruimte ietwat inrichten ter ondersteuning van mijn dagelijkse meditaties.

Heb gisteren nog de raad gegeven aan Phuoc, een talentrijke jonge vrouw met een zeer groot hart maar die zichzelf daardoor vaak in de problemen brengt, dat 'compassion without wisdom or wisdom without compassion' niet kan functioneren. Maar eigenlijk dreig ik dat zelf uit het oog te verliezen. Ik voel dat ik over mijn gezondheid moet blijven waken want wie kan mij helpen wanneer dat nodig zou worden? Ik leef tenslotte een slordige 17 000 km verwijderd van mijn familie en in een stevig belastend tropisch klimaat. Maar zeer zeker nog altijd niet ongelukkig. Ik hou van dit land, zijn volk en zijn cultuur.    

1 opmerking: