zondag 15 mei 2011

Volgens de oude Chinese leer is het boeddhisme geen religie noch een filosofie maar een onderwijssysteem. En dat houdt steek want terugkijkend naar de basisleer van Shakyamuni Gautama zien we dat die slechts twee hoofdpunten wilde doorgeven: alle fenomenen, ontstaan door oorzaken, condities en in onderlinge samenhang, houden inherent lijden in zich en er is een uitweg uit dit lijden. Ongeveer 45 jaren van zijn leven heeft hij gespendeerd aan het onderwijzen hierover met als enig doel de mensen wijsheid en inzicht bij te brengen.
Dit hele systeem van kennisoverdracht en doorgave van inzicht kent een bijzonder interessant liniair verloop. Hoger geplaatste wijzen geven hun onderrichtingen door aan leerlingen die op een lager vibratieniveau staan. Totdat deze laatsten zich de kennis en praktijk genoeg eigen gemaakt hebben, een trap hoger opschuiven en op hun beurt leraar worden met weer een nieuwe meester boven hun. Dit vormt uiteindelijk een heuse ketting van overdracht op verschillende niveaus. Afhankelijk van de verscheidene scholen kent het boeddhisme bijgevolg meerdere opvolgingslijnen (zoals bv. de patriarchen in het zenboeddhisme).
Ik heb me al dikwijls afgevraagd waar mijn plaats zich situeert in dit geheel. In alle bescheidenheid, ik ben geen prille beginner meer. Heb echter nog veel te leren en te verwezenlijken. Zeker niet elke monnik die ik tegenkom kan mij daarbij helpen. Integendeel, ik heb reeds ondervonden dat ik meerdere onder hen nog iets te vertellen heb. Ik ben niet beperkt door culturele tradities die eerder verlammend werken en heb dikwijls mijn leeftijd, en bijgevolg levenservaringen, voor op hen. Uiteraard kom ik leraren tegen die ver boven mij staan, waarvan Venarable Wei Wu momenteel het beste voorbeeld is.
Maar ik ontdek ook voortdurend tijdens mijn reis dat ik dikwijls jonge mensen tegenkom, verstandig en open van geest maar weinig tot niet vertrouwd met de boeddhistische leer, die enthousiast van mij willen leren. Afgaande op hun reacties schijn ik daar behoorlijk in te slagen. Telkens een hele uitdaging want ze stellen geen makkelijke vragen voor pasklare antwoorden. Situeert zich daar mijn werkelijke taak, mijn niveau? Heb ik daarom 26 jaren leservaring met behoorlijk moeilijke leerlingen moeten doorlopen? Aanvankelijk koos ik zelf eerder voor een zelfstandig atiestenbestaan maar als zoon van een jonge weduwe had ik geen andere keuze. Let wel, ik voel hierover geen rancunes en evenmin beschouw ik mijn huidige, blijkbaar toevertrouwde taak als minderwaardig. Integendeel. Ik denk dat het een hele eer is om mensen op het pad van de dharma te mogen zetten. Deze eerste schakel kan een hele kettingreactie teweegbrengen en sluit wonderwel aan op wat ik aanvoel als mijn levenstaak: een spiritueel samenlevingsproject opstarten in Belgie.

Mijn goede contacten met vernoemde vrouwen uit vorig artikel hebben hier veel, zo niet alles mee te maken. Wanneer ze mij vertelden over hun moeilijkheden en teleurstellingen en ik daar mijn positief boeddhistische visie tegenoverstelde, groeide er telkens een diep, wederzijds respect. De taak berust dan bij mij om als leraar enige afstand te bewaren. Wat soms moeilijk kan worden als je heel dicht mekaars innerlijke kern begint te beroeren. Echter zo leert de leraar ook van zijn leerling. Is het een geluk te noemen dat ik blijf rondtrekken en me zo niet kan en mag binden? Mezelf tevreden moet stellen met een innige 'hug' en de wijsheid dat ik iemand graag kan zien en graag gezien word? Dit alles maakt het leven niet eenvoudig want dit belangeloos afscheid maakt deel uit van wat wij 'dukkha' of lijden noemen. Tevens maakt het ook het leven zo zoet als bloesemhoning.
Graag gezien worden doet een mens veel deugd: je zelfvertrouwen groeit evenredig met je besef hoe wonderlijk mooi en waardevol dit menselijk leven wel is. Je word er zelfs fysiek mooier en gezonder van. En dit geldt voor beide partijen.

Tijd zat vandaag om deze overpeinzingen te maken in de Tu Hieu Pagoda waar Vinh me deze morgend voor een volle dag naartoe gebracht heeft. Na mijn late en intensieve gesprekken met Hue gisterenavond deed het enigszins pijn om omstreeks 5.30 am op te staan en naar de speciale vieringen te gaan.  Ik heb echter goed kunnen mediteren in de hoofdtempel, heerlijk en bovendien gratis kunnen lunchen en ben vrijblijvend rondgeleid geworden door Luyen. Eenmaal dik over de 35 beginnen ook de Vietnamese vrouwen de tekenen des tijds te vertonen, maar wat een schat van een mens! Phap To, de monnik die ik moet spreken voor een residentieel verblijf, was andermaal niet aanwezig. Later en beter dan maar.
Mijn verblijf in deze stad krijgt nog een verlengstukje.

Geen erg want de mensen van mijn familiehoteletje hebben mij uitgenodigd om dinsdag aanstaande, wanneer men in Vietnam Boeddha's geboorte, verlichting en paranirvana herdenkt, samen met hun te komen middagmalen. De traditie bepaalt dat alle Vietnamezen dan vegetarisch eten en het voedsel vrij beschikbaar stellen. Een voorstel dat ik in dank aanneem. Men heeft mij trouwens een nieuw adres doorgegeven van nog een andere pagoda in de bergen. Naar verluidt zou ik in dit paradijselijk oord, omgeven door een meer, nooit meer weg willen. Akkoord, maar dan zonder de heersende temperaturen hier. Het zweet dat van mijn voorhoofd druipt, maakt dat ik bijna uitglijd op dit toetsenbord.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten