maandag 21 juni 2010

Gisteren eindigde mijn tweede cursus in Kopan. De sfeer en het overkoepelende 'eindgevoel' was heel verschillend van de eerste, maar zeker niet minderwaardig. Ditmaal was het hoofdthema hoe wij op een positieve wijze kunnen leren omgaan met negatieve of verstorende gevoelens. Vele inzichten en meditatietechnieken, wel steeds vanuit de Tibetaans boeddhistische invalshoek, werden ons aangeboden en waren verijkend maar soms heel intens om mee te werken. Je kon aan sommige cursisten zichtbaar merken dat ze het hiermee niet altijd makkelijk hadden en er waren duidelijk mensen aanwezig met een welbepaalde reden. Af en toe moest iemand afhaken, sommigen tijdelijk andere definitief. Onze leraar, venereble Namgyel, was een heel duidelijke maar soms sterk confronterende figuur die gelukkig ook heel humoristisch en herkenbaar uit de hoek kon komen.
Ikzelf ben ook niet ontnapt aan een kleine inzinking, vooral omdat sommige cursisten zich heel vermoeiend begonnen te gedragen. Altijd maar praten, niet zelden in moeilijk te verstane bewoording, meestal over zichzelf en steeds op een diepzinnig niveau. Je hoofd wil wel eens van minder over lopen.

Ik kreeg het vooral moeilijk binnen mijn discussiegroep die dagelijks bijeenkwam na de lunch. Zulk een activiteit wordt gewoonlijk gebruikt om in kleine groepjes persoonlijke ervaringen te getuigen en te toetsen aan de gegeven ochtendlessen. Dit vraagt enige moed en openheid maar kan bijzonder heilzame effecten opleveren als elk deelnemend lid de kans hiertoe ervaart. Wat zo goed werkte tijdens de eerste cursus verliep tijdens de tweede heel stroef. Ksenya, een ex-diplomate van Russische origine met enige ervaring in het de boeddhistische leer, wierp zich onmiddellijk op betweterige leraar van ons groepje. Ondanks haar deskundigheid maakte ze toch regelmatig fouten en bracht ze onbewust het niveau terug tot een vraag-en-antwoordgebeuren dat nergens persoonlijk kon worden. Mijn pogingen gingen de mist in en het een en ander begon duidelijk op mijn tolerantievermogen te werken. Ik hoefde dit niet en het was waarschijnlijk de herkenning van hetzelfde gedrag in mezelf dat me zo stoorde. Dit blijkt dikwijls het geval, we ergeren ons aan ons eigen gedrag dat we tegenkomen bij anderen.
Ook mijn neiging naar perfectie en zuiverheid speelde mij parten. Het is mijn ervaring dat, hoe meer je jezelf verdiept in de dharma, hoe minder je het gevoel krijgt er iets vanaf te weten. Leken die 'claimen' het allemaal te kennen, wekken mijn argwaan. Tevens stoort het mij soms dat mensen dwepen met het ( zeer populaire ) Tibetaanse boeddhisme en dat als de enig zaligmakende vorm aanzien. Dit is in strijd met mijn idee van een overkoepelend wereldboeddhisme.

Maar mijn trots speelt ook steeds mee. Ik moet maar eens stoppen met mezelf op die eenzame top van de berg te zetten. Het is daar te koud.

Later had ik nog een kleine aanvaring met Devra, een jonge en rebelse Canadese die niet enkel heel snel en half-ingeslikt Engels praatte maar elke venster aan beide zijdes van de meditatieruimte opengooide omdat zij het warm had. Hierdoor kwamen enkele mensen met reeds een hardnekkige verkoudheid ( waaronder ikzelf ) in een stevige tochtwind te zitten.
Opvallend was het feit dat beide vrouwen, later in de cursus, meermaals mijn aandacht begonnen op te zoeken en steeds vriendelijker werden. Ksenya ging hierin het verst en begon mij steevast 'my friend' en zelfs 'darling' te noemen. Bij het afscheid gisteren kreeg ik o.a. van haar een uitgebreide knuffel. Heel fijn allemaal maar dat ik nog enkele jaren enkel Engels zal kunnen spreken en horen spreken, stemt me wat vermoeid. Zal ik vanaf nu de extra energie om zich verstaanbaar te maken aan de Engelstaligen overlaten? Ik zal maar mettagewijs mijn eigen steentjes blijven bijdragen.

Na een schriftelijke enquete van 2 blz ben ik aanvaard voor de 'Medicine Buddha Retrait' en heb me daar vandaag voor ingeschreven. Dit was noodzakelijk want deze cursus duurt 16 dagen en een zekere mentale stabiliteit is vereist.
Tijdens mijn veelvuldige contacten met westerse cursisten ontdek ik tot mijn verbazing dat vrijwel de meerderheid (nog) niet kan geloven in de boeddhistische basisprincipes van karma, zelfloosheid en wedergeboorte. Ik dacht nochthans dat de redenen voor hun aanwezigheid in het klooster dit impliceerden. Ik wil mezelf geen uitzondering noemen maar werk al enkele jaren met deze fundamenten en zou mezelf geen boeddhist willen noemen zonder een diepe overtuiging hiervan.

Eergisteren was het de verjaardag van mijn zoon Jerpe. Eens temeer, telkens wanneer er eentje van mijn gezin verjaart in mijn afwezigheid, kwam er een wat droevig gevoel bovendrijven. Het is geen echt verdriet, meer weemoed met een vleug spijt omwille van het feit ze destijds te weinig van mijn bedoelde liefde te hebben getoond. Altijd dat diepgewortelde egocentrisme. De wereld wordt echter zoveel zonniger wanneer je jezelf eerder als een ster gaat zien i.p.v. de zon waarrond alles en iedereen draait. Dan kan je wat van je schitterende licht laten schijnen op de anderen en ze zo verwarmen.
Het boeddhisme is gelukkig een positieve levensvisie. Je kan je verleden niet meer veranderen maar hebt wel volop de kans en de keuze jezelf te zuiveren , te transformeren en zo veel positief karma te genereren. Het is ook mogelijk positieve energie naar anderen te sturen. Maar voor ons, sceptische denkers, blijft het moeilijk dit te begrijpen, laat staan te aanvaarden.

Een belangrijke vergelijking die ik hier gehoord heb en niet licht zal vergeten: wanneer iemand je kwaad maakt omwille van hetgeen hij/zij tegen je zegt of doet dan kan je dat zien alsof die persoon een giftige pijl op je afvuurt die pal voor je voeten op de grond neervalt. Je kan vervolgens die pijl oprapen en jezelf daarmee beginnen te verwonden of je kan deze laten liggen en rustig en stabiel voor je uit blijven kijken. Telkens je in een dergelijke situatie komt, kan je hieraan denken en merken, net als ik, hoe heilzaam deze gedachte kan zijn.
Mijn opvolgende collega op school moet zich geen zorgen maken dat ik ga terugkomen en mijn job weer ga opeisen, ik heb deze periode definitief afgesloten, maar moest ik dit vroeger zo gezien hebben, het zou toch enig verschil gemaakt hebben.

Namaste beste vrienden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten