dinsdag 3 april 2012

Ik heb de tijd genomen om te recupereren van de trip Hue-Vientiane en rustig te overwegen hoe mijn lange rondreis verder dient te verlopen. Vandaag mocht ik mijn (60 dagen) visum voor Thailand gaan ophalen en morgenavond vertrek ik met de nachtbus naar Pakse in het zuiden van Laos. Daar zal ik overmorgen, donderdag, in de  ochtend aankomen en vermoedelijk een of twee dagen blijven. Ik ben dan dicht bij de Thaise grens en de stad Ubon Ratchathani. Vanuit Ubon ben ik op ongeveer 45min verwijderd van Wat Pah Nanachat. Een nieuw, lang verblijf in het woudklooster is iets waar ik naar uitkijk en aan toe ben. Ik weet nu vrij duidelijk op welke punten ik grondig wil mediteren en dat is op zichzelf al een vooruitgang t.o.v. vroegere kloosterverblijven.
Al wil ik de toekomst niet te duidelijk vastleggen, het blijft mijn bedoeling om nadien terug (via Vientiane) naar Vietnam te keren. Dit land betekent teveel voor mij om dat te negeren. Niet enkel en alleen omwille van Minh Chung, met wie ik nog regelmatig telefonisch contact onderhoud en die naar mijn terugkeer verlangt, maar voor heel wat meer redenen. Ik wil me ook niet al te afhankelijk maken van mijn verlangens en hoeveel een en ander mij waard is, kan ik mogelijk uitzoeken in het Thaise klooster. Een nieuwe, lange busreis moet ik daar maar bijnemen.

Of ik Ward nog ga opzoeken, weet ik niet zeker. Dat zou mijn reis onooglijk langer en meer vermoeiend maken. Bovendien heeft hij momenteel voor enkele weken zijn moeder en haar zussen op bezoek. Ik vermoed dat hij daar zijn tijd voor wil nemen en niet over voldoende logeerruimte beschikt. Ik denk niet dat ik me daar schuldig moet voor voelen, gedurende de voorbije twee jaren heb ik hem reeds 4 keren bezocht. Telkens stevige afstanden overbruggend. Ik word er niet jonger op en het reizen begint fysiek door te wegen. Ik wens hem, Lieve en zussen, natuurlijk een hartverwarmende en kwalitatieve tijd toe.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten