zaterdag 30 april 2011

Of ik heb het niet goed begrepen of men heeft mij onjuist geinformeerd maar het blijkt nu een feit dat de huidige vakantie in Vietnam, waarvan ik de reden nog altijd niet ken, uiteindelijk tot en met woensdag duurt. Dat is enigszins een streep door mijn rekening. Omdat de Vietnamezen een reizend volk zijn, zit alles stevig in de knoop: het verkeer is zo nodig nog drukker (ik besefte niet dat dit nog kon), de banken zijn gesloten, maar wat erger is, geen mogelijkheid meer om nog een busticket te bemachtigen tot volgende donderdag. Naar verluidt zijn de hotels ook allemaal bezet, wat ik merk in het mijne want ik kom vooral autochtonen tegen op de gang. Ik geraak gewoonweg niet weg uit de stad, althans niet om definitief richting Noorden te trekken. Daar begin ik wel aan toe te geraken want krijg behoefte aan verse lucht en ruimte in een meer natuurlijke omgeving. Het wordt me te beklemmend.
Dit begint verdacht veel te gelijken op mijn situatie in Bengalore, waar ik, eveneens omwille van een nationale vakantie, niet weg geraakte. Alleen was die stad om andere redenen minder te pruimen.

Je kan dit brute pech noemen maar zoals dikwijls zit in een dergelijke situatie tevens een goede kans verborgen. Een tikkeltje wanhopig trok ik terug naar 'Sunrise Travel Vietnam', het reisagentschap van die maffe handlezer. Blijkbaar heeft de man het goed voor met zijn boeddhistische aspiraties want hij heeft mij, geheel belangeloos, best geholpen. Hij stelde mij een verblijf voor van enkele dagen in een boeddhistisch klooster, een 60 km buiten de stad gelegen. Ik zou dit met het reguliere openbaar vervoer kunnen bereiken. Onverwijld nam hij telefonisch contact op met het klooster, legde de situatie voor en kreeg een positief antwoord. Ik mag er van zondag tot en met woensdag verblijven indien ik mij aan de kloosterregels kan houden. Geen probleem dus.
Om het mij makkelijk te maken heeft hij alles netjes uitgeschreven in mijn notaboekje: waar ik de bus moet nemen en hoe ik moet uitleggen waar ik moet zijn, inclusief een introductiebriefje voor het klooster. Alles in het Vietnamees met daaronder de vertaling in het Engels. Alstublieft.
Ik heb uit pure dankbaarheid de man enkele dollars toegestopt, welke hij graag aannam. Hij is tenslotte maar een bediende en de loonschalen liggen hier niet hoog.

Het zal nog wel een avontuur blijven want in deze omstandigheden een zekere (en degelijke) hotelkamer opgeven is niet simpel. En met mijn bagage door de massa's heen wringen, richting busstation, ook niet. Dat ligt maar een tiental minuten van mijn hotel verwijderd en is dus in feite geen taxi waardig. Ik zie er niet bepaald met vreugde naar uit om met mijn bagage de straat over te steken. Ook zonder die handel voelde ik daarstraks, toen ik bij het oversteken toch even aarzelde en in het midden van de straat halt hield, een wiel van een brommertje tegen mijn kuit aandrukken. De bestuurder was gelukkig ook gestopt maar keek mij verontwaardigd aan. Het vooruitzicht op een verblijf in een klooster prikkelt me echter wel.
Later op de dag besloot ik om wijselijk al een busticket naar Hue vast te leggen voor komende donderdag. Omdat ik die ochtend met het openbaar vervoer onmogelijk op tijd terug in HCMC kan geraken, kan ik niet met de directe bus en moet ik 's avonds met de zogenaamde 'open' bus vertrekken. Die stopt o.a. in Na Trang, ongeveer halfweg, om 12 uren later pas weer te vertrekken naar mijn eindbestemming. Dat wordt andermaal een lange en vermoeiende reis. Het gaat goed allemaal, weliswaar op Aziatisch ritme!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten